Positieve punten
Voorzover ik weet bestonden er tot voor kort geen handboeken die de ‘Landeskunde’ van het Nederlands taalgebied in zijn geheel tot voorwerp hebben en die gericht zijn op een min of meer breed publiek. Hieraan is thans een einde gekomen. Vorig jaar verschenen namelijk twee van dergelijke handleidingen. Een geschreven door P. van Hauwermeiren en F. Simonis (Waar Nederlands de voertaal is. Nederland- en Vlaanderenkunde, Uitg. Van In, Lier, 1990), een ander, eveneens door twee auteurs geschreven, nl. door G. Janssens en H.J. Vannisselroy (Retour Amsterdam-Brussel. Nederland en Vlaanderen in thema's, Uitg. Wolters-Noordhoff, Groningen, 1990).
Het eerste boek bevat de volgende hoofdstukken: geografie, geschiedenis, identiteit van Nederland en Vlaanderen; staatsinrichting, partijwezen, volkshuisvesting en ruimtelijke ordening, sociaal-economisch bestel, sociale zekerheid, onderwijs, media, economie, wetenschap, kunst, cultureel leven, economische en culturele integratie van Noord en Zuid, bezienswaardigheden en evenementen. Het boek van J. & M. behandelt: geschiedenis, geografie, mentaliteit en cultuurpatroon, bestuursinstellingen, politieke partijen, rechterlijke organisatie, leger en politie, economisch leven, sociaal-economische instellingen en sociale voorzieningen, financiële instellingen en muntwezen, onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, godsdiensten en levensbeschouwingen, media, cultureel leven en sport.
Beide boeken geven een vrij complete beschrijving van Nederland en Vlaanderen (c.q. België). Niet alleen bevatten zij een schat aan gegevens, ook zijn zij overzichtelijk en practisch gestructureerd. Hier komtbij dat zij in didactisch opzicht al evenmin ontgoochelen. Taalgebruik en stijl zijn aangepast aan de lezers, voor wie zij werden geschreven. Bladspiegel en lettertype verhogen de overzichtelijkheid. Ook bevatten zij voldoende en aangepaste foto's, tabellen, kaarten enz. Kortom de auteurs van beide boeken verdienen alle lof voor hun werk.