Neerlandia. Jaargang 72
(1968)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 25]
| |||||||||||
Tijdschriften‘Feiten en Meningen’, jaargang 1967 nrs 1 en 2.Elk maandoverzicht met gegevens ontleend aan de pers is ingedeeld in paragrafen over Vlaams en Waals bewegingsleven. Nederlandse integratie, politieke partijen en sociale organisaties, onderwerpen gerangschikt naar de departementen, waartoe zij behoren met nationale opvoeding en cultuur als sluitstuk. Dat de achterstand bij deze moeizame arbeid al zóver is ingelopen dat thans de eerste twee nummers van 1967 voor ons liggen, wijst erop met welk een energie gewerkt wordt door hen, die met deze compilatie belast zijn..
‘Economie in Vlaanderen’, driemaandelijkse publikatie van de Economische Raad voor Vlaanderen, september 1967. In dit nummer treffen we weer de teksten aan van de redevoeringen uitgesproken door de gouverneurs der diverse Vlaamse provincies bij de opening van de gewone zitting van de Provincieraad. Gouverneur L. Roppe, tot wiens redevoering, uitgesproken op 2 oktober jl., wij ons bepalen zullen, besprak het universitair onderwijs in Limburg. Gouverneur Roppe gaf cijfers over de deelneming aan universitair onderwijs in Nederland, Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland, daarna de cijfers voor België om te besluiten met gegevens over de provincie Limburg. Dr. Roppe wijst op de grote betekenis van universitair onderwijs dicht bij huis, daar het groeiritme in Limburg t.o.v. de jeugdgroep van 18 tot 25 jaar lager ligt dan elders. Voor geheel België ligt de gemiddelde deelneming aan onderwijs van de jonge mannen tussen 18 en 25 jaar bij 69,30 t.h. en in Limburg bij 43,90. Limburg heeft geschoolde arbeidskrachten op elk niveau broodnodig, wil het bij zijn economische ontwikkeling daarover kunnen beschikken. Dan gaat spreker over tot een bespreking over een universiteit voor Limburg, waarbij hij aan het eind van zijn betoog een pleidooi houdt voor samenwerking met Nederlands Limburg, een vraagpunt waarover al heel wat te doen is geweest in de laatste jaren. | |||||||||||
‘Ons Erfdeel’, 11e jaargang nr. 2.Weer een fors nummer in een aantrekkelijke groene omslag. In 14 bladzijden geeft Kees Fens een uitstekende typering van het werk van Simon Carmiggelt, die onder de naam ‘Kronkel’ al vele jaren dagelijks in ‘Parool’ zijn vaste rubriek verzorgde en aan het einde van het jaar daaruit een bloemlezing samenstelde, de eerste van 1940. De heer Fens heeft dan enkele door hem met zorg gekozen gedeelten uit enkele bloemlezingen afgedrukt.
Prof. dr. W. Thys, voorzitter van de werkcommissie van hoogleraren en lectoren in de Neerlandistiek, geeft een terugblik op het derde ‘colloquium neerlandicum’, gehouden in ‘Het Oude Hof’ te 's-Gravenhage. Ons Erfdeel publiceert dan de resoluties van evengenoemd colloquium, waarna de heer Jozef Deleu (hoofdredacteur), die alle bijeenkomsten van het colloquium meemaakte, zijn critische aantekeningen laat volgen. Voor hem, ‘de cultuurimperialist’, was het een geweldige belevenis daar mee te maken, dat Amerikaanse, Portugese, Japanse, Duitse en Engelse deelnemers in het Nederlands discussieerden, het Nederlands, dat hèt bindmiddel was tussen àlle aanwezigen. Op de algemeen door hem daar gehoorde klacht van de buitenlandse Neerlandici, dat hun werk zwaar blijft gehandicapt door het gemis van leermateriaal, doet Deleu een hartstochtelijk beroep op regeringen en particulieren om zo snel mogelijk in die ernstige lacune te voorzien. Grote aandacht schenkt Jozef Deleu aan het pas verschenen tweede deel in de | |||||||||||
[pagina 26]
| |||||||||||
reeks van bloemlezingen van Nederlandse literatuur, in het Frans vertaald. De vertaling is van Maurice Carême, die, aldus Deleu, vertalingen heeft gegeven, die Franse gedichten zijn geworden. Opgenomen zijn gedichten van Gezelle, Van Ostaijen, Gilliams, Claus, Snoek en Karel van de Woestijne, de Nederlandse naast de Franse tekst.
In zijn vaste rubriek ‘In de Rand’ doet André Demedts de Gemengde Belgisch-Nederlandse Commissie, belast met de uitvoering van het Belgisch Nederlands Cultureel Akkoord enkele argumenten aan de hand voor het bevorderen van de culturele betrekkingen met Frans-Belgische grensgebieden:
Demedts meent dat, waar veel Vlaamse gemeenten de onkosten dragen van vrije cursussen in de Franse taal, ook Franse steden en gemeenten in het noorden van Frankrijk een dergelijk initiatief zouden kunnen overnemen. Om aan een dergelijke mogelijkheid mede te werken heeft het Comité voor Frans-Vlaanderen het plan op de in 1968 te houden 21ste Kultuurdag te Waregem een sectie ‘Overheid’ bijeen te roepen, waarop burgemeesters en schepenen, provinciale afgevaardigden, volksvertegenwoordigers en senatoren worden uitgenodigd. Zodra gegadigden zich bij Demedts hebben gemeld, zal hij een werkcommissie vormen om die ontmoeting doelmatig voor te bereiden. d.K.A. | |||||||||||
JaarverslagenJaarverslag 1966 Ned. Cult. Contact. Jaarverslag Sticusa-1966. Maandblad ‘Nieuwe Stemmen’, uitgave van de Katholieke Jongerengemeenschap, Prinsstraat 13 te Antwerpen. |
|