Neerlandia. Jaargang 66
(1962)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 50]
| |
TitulatuurAls Vlamingen zich bepaalde Noordnederlandse maatstaven willen aanmeten, is daar natuurlijk niets tegen. Integendeel, het is veelal van harte toe te juichen, gezien de noodzakelijke integratie enz. enz.... Toch kunnen ze in sommige gevallen te vèr gaan, zeker, als ze hun grootnederlandse geestdrift botvieren op bepaalde Hollandse ‘geplogenheden’, die zelfs in de Randstad op weg zijn folklore te worden. Van sommige van mijn Vlaamse vrienden ontvang ik brieven, die geadresseerd zijn, afwisselend, aan de weledele, de weledelgeboren of weledelgeleerde en, zelfs éénmaal, hooggeleerde heer W.... Afgezien van de vraag, of onze verfijnde manier om stands- en beroepsverschillen te nuanceren niet helemaal uit de tijd is - maar over dit gevoelige punt stap ik vlug heen - moet het toch wel duidelijk zijn, dat dit bestanddeel van ons Hollands erfgoed minder geschikt is om te dienen als cultureel exportartikel. Bovendien zou ik om nog een andere reden genoemde Vlaamse vrienden de goede raad willen geven te allen prijzen een dwaaltocht in de doolhof van de Nederlandse titulatuur te vermijden. Zonder handleiding kom je daar niet uit. En jullie zakagenda bevat nu eenmaal niet, gelijk de onze, op blz. zoveel een (beknopte!) samenvatting van de Nederlandse sociale stratificatie oftewel sociale geledingen en de daarmee verband houdende predikaten. Of dachten jullie soms, dat jullie Noordnederlandse vrienden zomaar een hoogedelachtbaar, een edelhoogachtbaar en edelgrootachtbaar heer van elkaar kunnen onderscheiden? W. |
|