J.B. Wolters' Uitgeversmij N.V. Groningen
Het beeld der Nederlandse literatuur, door A. Sivirsky; in twee delen. Prijs per deel f 12,50.
Het eerste deel van dit prachtwerk vangt aan met de periode der ridderlijke verbeelding (1150-1400) en wordt afgesloten met Multatuli, Staring, Tollens, de Vlaming Jan Frans Willems en Betje Wolff.
Het tweede deel bevat de letterkunde van de ‘Tachtigers’ tot en met de ‘Vijftigers’.
Dit boek heeft de bedoeling de leerlingen vertrouwd te maken met literatuur, zegt de schrijver in zijn voorbericht.
Daarom heeft hij gekozen voor de structurele beschouwing der letterkunde, door het zoeklicht scherp in te stellen op de onderlinge betrekkingen der literaire voortbrengselen, waardoor toch het beeld der Nederlandse literatuur gegeven wordt.
De eenheid van de Nederlandse literatuur wil hij ook in het onderwijs tot uitdrukking brengen.
Elk hoofdstuk vangt aan met een literaire tekst, waarop een analyse volgt, waarbij de beleving van het kunstwerk primair blijft. Uit de commentaar blijkt steeds wat traditioneel en wat creatief is, schoon en onschoon, ook door welke motieven de kunstenaar gedreven werd en met welke middelen hij de scheppingsdrang verwezenlijkt heeft. De leerling krijgt een beeld van de structuur van een bepaalde periode, hij raakt vertrouwd met het letterkundig kunstwerk en met de totaliteit der Nederlandse literatuur.
Dit leerboek is niet volledig (kan het ook niet zijn), maar het is wel alzijdig en wel zo, dat de leraar bij zijn onderwijs een keuze kan maken en er op vertrouwen mag, dit boek als een betrouwbare gids te kunnen raadplegen.
Het tweede deel kent drie perioden: De vernieuwing onzer letteren (1880-1905), de periode van het idealisme, de idee en de ideologie (na 1905) en de periode van het expressionisme (van 1914 tot heden). Een slothoofdstuk is gewijd aan het romantisch rationalisme (van 1932 tot heden). Bijzondere aandacht schonk de schrijver aan Joost van den Vondel, Multatuli, Gezelle, Frederik van Eeden, Martinus Nijhoff, A. Roland Holst en Gerrit Achterberg.
De leraren in de Nederlandse taal- en letterkunde, die bij de leerlingen op gymnasia, lycea en H.B.S'-en, belangstelling trachten te wekken voor de Nederlandse literatuur, zullen de verschijning van dit boek van harte toejuichen.