Nieuwe akties, nieuwe uitgaven
Er is al heel veel aktie ontplooid ten gunste van het volkslied van eigen bodem. De jongste aktiegroep op dit gebied is het ‘Technisch College’ van de reeds bejaarde ‘Nederlandse Vereniging voor de Volkszang’. Dit ‘College’ (waarin schrijver dezes in alle genoeglijkheid als voorzitter mag optreden), werkt o.a. aan kaderdagen, verstrekt, meer dan eens, goede raad en tracht ook buiten de eigenlijke ‘Volkszang’-gelederen de liefde voor het Nederlandse volkslied aan te wakkeren tot een hartverkwikkende vuurgloed, die aan het grijze zakenleven de zo nodige poëzie verlenen kan.
Onze laatste troef wordt begin maart 1960 ter tafel gelegd. Een tiental vaderlandse liederen, voor allerlei begeleidingsinstrumenten pasklaar gemaakt, kon, in eerste aanleg, dank zij de geldelijke steun van de ‘Shell Juniorclub’, worden uitgegeven.
Dit liederentiental, beginnend met een trits van Valeriusklanken en eindigend (via ‘Hertog Jan’, zoëven genoemd) in Ton Oosterhuis' eigentijdse ‘Zon op een pleintje’ (1950), heeft al vóór de verschijning een verheugende belangstelling èn aftrek ondervonden in allerlei verenigingen, in allerlei levenskringen van ons volk.
Wij wensen het eveneens in de handen en in de harten van alle afdelingen van het ons - naar de geest - verwante ‘Algemeen Nederlands Verbond’, dat in het samengezongen lied, beter nog dan in het gesproken woord, stem en gestalte zal kunnen geven aan zijn ‘Groot-Nederlands’ kultuur-ideaal.
Dr. Tj. W.R. de Haan