Neerlandia. Jaargang 63

[p. 49]

Jubilerende afdeling Amsterdam hield jaarvergadering

Op 8 mei hield de afdeling Amsterdam haar jaarlijkse ledenvergadering, waar de jaarverslagen werden goedgekeurd en de aftredende bestuursleden G.J. Rooymans en ir. J. Verboom werden herkozen.

De afdeling Den Haag zond ter gelegenheid van het 60-jarig bestaan onzer afdeling een gelukwenstelegram.

Na een korte pauze gaf het bestuurslid, de heer S.S.D. Wehrens, een overzicht van de geschiedenis van onze 60-jarige afdeling; voor het verslag verwijzen wij naar bladzijde 47 in dit nummer.

Tot slot hield de heer J. Steur, bestuurslid van de afd. Den Haag en hoofdarchivaris van het Algemeen Rijksarchief, een lezing over ‘Oranje Nassau en Buren’.

Een kort overzicht van deze lezing, door de heer Steur opgesteld, laten we nu volgen:

Lezing van de heer Steur

Bij de herdenking van het zestigjarig bestaan der afdeling Amsterdam en ter voorbereiding van een uitstapje naar Culemborg, Zaltbommel en Buren, hield de heer J. Steur een lezing over ORANJENASSAU en BUREN. Uitgaand van de bakermat van het Huis Nassau in het Lahndal behandelde spr. de vestiging van dit geslacht in de Nederlanden door het huwelijk van Engelbert I met Johanna van Polanen, vrouwe van Breda enz. Verder schetste hij het ideaal van Prins Willem I van Oranje-Nassau: de onafhankelijkheid van alle noordelijke en zuidelijke Nederlandse gewesten met Brussel als hoofdstad. Ook de herkomst van het Huis Egmond werd behandeld, waaruit 's Prinsen eerste gemalin Anna van Buren stamde. De ligging van het kasteel Buren ‘Aon 't kleine rivierke’ (de Linge), waarover Cremer (schrijver van vele Betuwse vertellingen) heeft geschreven, vroeg evenzo de aandacht als het graafschap Culemborg der Oranjes aan de Lek en de stad Bommel (na 1514 een geconfedereerde staat onder Oranje als Holland, Zeeland en Buren). Tot slot vestigde spr. er de aandacht op, hoe Oranje en Egmond ‘sans faute’ de Nederlandse vrijheid hadden ‘gehandhaafd’ en hoe de afstammelingen van de in Culemborg geboren Jan van Riebeeck, van wie er thans naar schatting over de hele wereld tweeduizend in leven zijn, hun positie in het algemeen hoog hebben gehouden in de Nederlandse adel en het patriciaat. Spr. besloot met de eed van trouw aan Oranje, in het herdenkingsjaar 1933 geformuleerd door Cyriel Verschaeve.