neer we als doel stellen de waarheid te vinden. Pas wanneer we deze wereldorde doorzien, zullen we de wereld volledig kunnen beheersen. We willen de waarheid kennen, ook al omdat de waarheid als zodanig boeiend en schoon is. Een taal waarin alle waarheid gezegd kan worden, is goed en schoon; vooral wanneer zo'n taal geen elementen bevat, die bij het formuleren van de waarheid geen rol spelen. Het is geen toeval, dat het woord ‘schoon’ tegelijk zindelijk en mooi betekent.
Wanneer de taal niet goed is, kan de waarheid er niet in geformuleerd worden. Iemand, die in een gebrekkige taal denkt, kan de waarheid niet vinden, tenzij hij loskomt van zijn eigen taal. Er is dan ook alle aanleiding om op de zuiverheid der taal te letten. De zuiverste taal is die, die het vinden en formuleren der waarheid het minst belemmert. Hoe zuiverder de taal, des te sneller en doelmatiger verloopt het denken.
Het is dan ook ideaal, de taal geheel goed te maken. Door de logistiek wordt hieraan gewerkt. In de logistiek wordt ieder symbool, ieder woord, met uiterste gestrengheid op zijn zuiverheid getoetst. De practische resultaten hiervan zijn in de wiskunde reeds merkbaar geworden.
Van een bepaalde denkhouding uit is deze weg aanlokkelijk. De logistiek streeft naar de absoluut heldere taal, een onmisbare voorwaarde voor het vinden der waarheid.
Vermoedelijk weten velen nauwelijks wat logistiek is. Het is voor de meesten niet mogelijk, de logistiek te bestuderen naast alle andere vakken. Wil deze wetenschap haar gunstige invloed doen gelden dan moet ze haar resultaten niet weergeven in symbolen zonder uitspraak; neen, ze moet haar resultaten tot elementen maken van de gesproken taal. Indien het waar is dat ‘en/of’ een fundamenteler begrip is dan ‘of’ dan is het voor zuiver denken zeer gewenst, dat ‘en/of’ door een eigen korte welluidende term wordt weergegeven. Pas zo bereikt men taalzuiverheid.
De weg der logistiek is boeiend en aanlokkelijk, hij is zuicer. Toch heeft hij een onoverkomelijk bezwaar: hij is te lang. Tot dusver heeft de logistiek voornamelijk de wiskundige formuleringen gecontroleerd, het zal nog lang duren voor de andere wetenschappen aan de beurt komen. De taal van deze wetenschappen zal voorlopig niet zo grondig kunnen worden getoetst. Voor hen, de streven naar absolute waarheid kan dit een teleurstelling zijn, zelfs een kwelling. Regelmatig wordt deze teleurstelling uitgesproken. Er wordt aan de wetenschappen verweten, dat ze resultaten publiceren, die na enkele jaren weer verouderd zijn en achterhaald.
Wil de wetenschap slechts ‘waarheid’ publiceren en verwijt voorkomen, dan moet ieder woord met uiterste gestrengheid worden gecontroleerd.
Het vage gevoel, dat de gevonden conclusie onjuist kan zijn, waarschijnlijk min of meer onjuist zal zijn, neemt bij deze denkhouding een deel van de arbeidsvreugde weg, en dreigt het publiceren van de bereikte resultaten te vertragen.
Bij een andere denkhouding wordt de arbeidsvreugde minder bedreigd. Misschien aanvaardt men, dat het vinden der waarheid einddoel van alle wetenschap maar men beseft ook, dat de waarheid nog ver is: We zoeken de waarheid, maar kunnen haar nog niet vinden, want onze taal, onze geestelijke inventaris, is gebrekkig. De afstand tussen ons werelddeel en de waarheid is groter dan één stap. De systeembouwers, die de absolute waarheid menen te grijpen, geloven dat er tussen het heden en de waarheid nog slechts één stap is; met de huidige taal is het volgens hen mogelijk, de waarheid zelf te omvatten.
Men kan geloven, dat de waarheid nog ver is. Deze gedachte behoeft het werken niet te remmen, ze vereist slechts een andere kijk op eigen werk. Men moet niet streven naar het absolute, maar naar verbetering. Een verbetering van vakterm, bewering en taal geeft een dieper inzicht in de waarheid. Dit nieuwe inzicht wordt bruikbaar gemaakt, door het gestalte te geven in een nieuwe uitdrukking, een nieuwe formulering. Bij deze denkhouding past het, te itereren tussen taal en kennis: een zuiverder taal geeft betere kennis, een zuivere kennis geeft betere taal.
Deze denkhouding aanvaardt risico's, ze weet dat er fouten gemaakt worden.
Men riskeert het, een fout te maken, om eventueel uit de fout te kunnen leren.