De alverwoestende overstroming
Het water, vaak onze vriend, maar soms onze grote vijand, heeft op Zondag, 1 Februari 1953 een onverhoedse aanval op ons land gedaan. Een springvloed door een zware storm met windstoten van boven de 180 kilometer per uur voortgejaagd, heeft het water aan de kust en in de mondingen der grote rivieren zo hoop opgestuuwd, dat tal van waterkeringen het hebben begeven.
De meest getroffen gebieden zijn de plaatsen en gebieden ten Noorden en Zuiden van de Nieuwe Waterweg, Rotterdam, Dordrecht, de poldergebieden van IJsel,
Cliché ‘Het Vaderland’
Tussen Zevenbergen en Roozendaal zag men veertien dagen geleden uit trein een vruchtbaar en welvarend land......
Lek en Merwede, de lage an en langs het Hollands Diep, de Hollandse eilanden en vooral ook Zeeland, dat in de laatste jaren al zoveel harde slagen verduren had.
Het aantal mensenlevens, dat verloren is gegaan, is reeds tot bijna 1500 gestegen. De meeste slachtoffers zijn gevalen op het eiland Goeree en Overflakkee, ongeveer 440 en Tholen ruim 300.