Het volkshogeschoolwerk in Vlaanderen
Wij leven in een tijd van ingrijpende sociale, economische en politieke structuurveranderingen. Hierbij kan men vaststellen, dat enerzijds gestreefd wordt naar een steeds voortreffelijker organisatie van het stoffelijk bestaan, terwijl anderzijds, vele geestelijke waarden een inzinking doormaken, waardoor natuurlijke levensgemeenschappen met ontbinding bedreigd worden en de ontplooiïng van de persoonlijkheid in het gedrang wordt gebracht.
Deze moeilijkheden krijgen in onze Vlaamse gewesten een speciaal aspect, dat de Vlamingen onder de invloed van een cosmopolitische voorlichting, vaak geneigd zijn uit het oog te verliezen, maar omwille van de taak en de plaats der Lage Landen in Europa niet mogen verwaarlozen.
Het Volkshogeschoolwerk in Vlaanderen werkt thans onder de naam van Stichting Lodewijk de Raet. Het doel is: cursussen voor ouderen en jongeren te beleggen en studiereizen te organiseren.
Deze volkshogescholen zijn niet een cyclus van lessen of lezingen, maar zij vprmen een - tijdelijke - gemeenschap waarbij men zich aansluit. Op een volkshogeschool werkt men eenvoudig en in een passende sfeer. Men komt voor een ogenblik in een andere omgeving, verheft zich boven vooroordelen en gemakzucht; men maakt zich los van de sleur van de dagelijkse zorgen om zich gezamenlijk in de vraagstukken op cultureel, maatschappelijk en economisch gebied te verdiepen.
De onderlinge verschillen in godsdienstige en politieke overtuiging eerbiedigend, moeten de besten onder de jongeren streven naar saamhorigheid. Daarom moeten de cursisten met het oog op de verdieping van eigen vorming, de gelegenheid krijgen hun persoonlijke mening te toetsen aan die van de sprekers en van hun eigen kameraden.
Het feit, dat de heer M. Vanhaegendoom te Leuven voorzitter van de Raad van Beheer van de Stichting Lodewijk de Raet is, waarborgt dat de organisatie van het Volkshogeschoolwezen in goede banen wordt geleid.
De Stichting Lodewijk de Raet beschouwt het gemis aan wederkerig begrip en verstandhouding in de maatschappij als nadelig voor het openbaar leven.
Zij wil daarom de samenwerking bevorderen van alle Vlamingen, bij wie de uiteenlopende levensbeschouwingen een gemeenschappelijk arbeiden aan de stoffelijke en culturele volksverrijking niet uitsluiten. Deze samenwerking is de grondslag van haar werk.