Neerlandia. Jaargang 40

Ingezonden

Zeeuwsch-Vlaamsche nooden

Met de zeer uitzonderlijke positie, die Zeeuwsch-Vlaanderen inneemt, wordt jammer genoeg, niet altijd rekening gehouden. Tal van maatregelen, ook uit den laatsten tijd, bewijzen zulks: aan den veerdienst Terneuzen - Vlissingen, die met den dag te duidelijker zijn groot belang bewijst, werd de Rijksbijdrage ontnomen; de voorstellen tot heffing eener Reisbelasting hielden al bitter weinig rekening met den eigenaardigen toestand, die in Zeeuwsch-Vlaanderen door zijn ligging ontstaat; thans, nu een aantal Rijkskweekscholen in den lande zal worden opgeheven, wordt van Zeeuwsch-Vlaanderen een offer gevraagd zwaarder en grooter dan van eenig ander deel des lands: de Rijkskweekschool te Oostburg, de Benige in heel Zeeuwsch-Vlaanderen, wordt met den ondergang bedreigd....

Het is wel zeer te betreuren - en voor den Zeeuwsch-Vlaming een moedbenemend verschijnsel - dat Zeeuwsch-Vlaanderen zijn achterstand bij andere deelen des lands al grooter ziet worden. Van maatregelen, die dezen achterstand kunnen verkleinen en die tegelijk bewijzen dat er met de positie van dit deel des lands wordt gerekend, bemerkt men jammer genoeg niet heel veel....

[p. 192]

‘Onzes bedunkens heeft Zeeuwsch-Vlaanderen een onaantastbaar recht op een uitzonderlijk welwillende behandeling van wege de hooge Landsregeering’, werd dezer dagen in een pleidooi voor het behoud van de Rijkskweekschool te Oostburg geschreven....

Niet ten onrechte heeft men aangev voerd, dat in dit geisoleerde deel des lands het opheffen van de eenige Rijkskweekschool wordt gevoeld als een miskenning van de rechten op een volledig aandeel in de Nederlandsche cultuurrechten, die juist in dit grensgebied wel dubbel mogen gelden.

‘Nederland beseft nimmer voldoende, welk een zeer uitzonderlijke positie Zeeuwsch-Vlaanderen zoo in geografisch, economisch als cultureel opzicht in het Nederlandsche staatsbestel inneemt’. Aan die uitspraak van vooraanstaande Zeeuwen mag wel worden herinnerd, daarbij tevens aandacht gevraagd voor wat zij met betrekking tot het opheffen van de Rijkskweekschool te Oostburg als hun meening uitspraken: ‘Dit moet verhoed worden. Het zou een onheil en een nationale fout tevens zijn, zoo dit geschiedde’.

A.L.