De feestweek op Curaçao.
Het weekblad voor de Curaçaosche eilanden de Amigoe di Curaçao van 28 Juli is zoo goed als geheel gewijd aan de feestweek, waarmee de bevolking der Nederlandsche Antillen de 300-jarige band van Nederland met dit gebiedsdeel heeft herdacht.
De nationale kleuren rood, wit en blauw en het niet minder geliefde oranje sierden groot en klein, huizen en straten en 's avonds waren de verschillende wijken tooverachtig verlicht.
Zondagavond (22 Juli) werd de feestviering plechtig ingewijd in den met een uitgelezen gezelschap gevulden Stadsschouwburg voor hetwelk Exc. Van Slobbe een uitvoerige herdenkingsrede hield, waarin hij in het licht stelde, dat onze Antillen hun ontstaan danken aan de Republiek der Nederlanden, betrekkelijk klein aan inwonerstal, maar ‘ondernemingsgeest en onverschrokkenheid houden nu eenmaal geen rekening met getallen’. Spr. gaf een eerlijk relaas van de wijze, waarop de belangengemeenschap tusschen kolonie en moederland zich door de eeuwen in voor- en tegenspoed ontwikkelde, licht en schaduw waren er gelijkelijk over verdeeld, maar de balans luidde toch: ‘Over den geheelen tijd bezien kunnen Nederland en Curaçao tevreden zijn over hetgeen door gezamenlijken arbeid tot stand kwam’ en toen Z.Exc aldus eindigde: ‘Zeeën mogen ons scheiden, maar wat beteekenen afstanden in den tegenwoordigen tijd voor onderlinge samenwerking, wat voor een geest van liefde en saamhoorigheid’, kon hij op de instemming van allen rekenen, toen hij voorstelde aan H.M. de Koningin telegrafisch de onwankelbare trouw en groote liefde van Curaçao voor het Oranjehuis te betuigen.
De geschiedenis van Curaçao werd daarop in vogelvlucht door Mr. C.F. Gronemeyer behandeld en ook zeer in den smaak viel een betuiging van verknochtheid, in het Papiamentsch uitgesproken door den heer J.M. Kroon. St. Cecilia verleende herhaaldelijk haar muzikale medewerking.
We kunnen wegens plaatsgebrek slechts aanstippen wat het programma der herdenking verder bracht. Zeer gewaardeerd is H.M.'s inzending van eigen teekeningen en schilderijen. Bij de opening dezer tentoonstelling in de Hendrikschool heeft de Gouverneur een inleidend woord van de Koningin zelve voorgelezen. In de Wilhelminaschool en het Logegebouw had ‘Nederlandsch Fabrikaat’ haar tenten opgeslagen en de heer F.W.P. Winkel heeft deze practische en leerzame tentoonstelling ingeleid met een rede, waarin hij de waarde van heft handelsverkeer tusschen moederland en overzeesch gebied deed uitkomen en hulde bracht aan den hoofdinrichter, den heer Vreugdehil.
Van de overige feestelijkheden vermelden we nog het opvoeren van een kinderoperette; de aankomst van een nagebootsten Westindië-vaarder, waarmee Bonaire zijn aandeel leverde en Johannis van Walbeeck in persoon deed optreden, een rol die zeer goed vervuld werd; ten slotte een gedeeltelijk historischen optocht, die veel bekijks had.