In verband hiermede wordt thans nog iets gemeld over hetgeen verricht wordt voor het Indo-Europeesche meisje op de
Jonge Vrouwen-Scholen.
Men meldt daarover uit Indië aan Neerlandia:
‘In een bijeenkomst ten huize van den heer A.G.A. Hissink is de Afd. “West-Java” gesticht der Ver. tot Oprichting van Jonge-Vrouwenscholen in Ned. Indië, welke eenige jaren geleden door het volhardend ijveren zijner, moeder, Mevr. Hissink-Snellebrand, is tot stand gekomen.
Zij stelt zich ten doel:
Aan het Indomeisje de leiding en vorming te geven, die zij behoeft, haar te wapenen voor 's levens strijd met vele practische kundigheden en gezonde denkbeelden voor haar taak als werkster in de groote, ingewikkelde, soms wreede samenleving, voor haar roeping als moeder en opvoedster van een nieuw geslacht.
De Julianastichting kwam tot stand in het jaar 1917 te Malang, waar Mevrouw H.S. haar ruime gezellige woning, met uitgestrekt erf, geheel belangeloos ter beschikking stelde voor het kosteloos verzorgen van eenige onvermogende schoolgaande meisjes, die geen passend tehuis hadden. Uit dit zaad is een jonge, reeds krachtige boom gegroeid, die zijn takken ook over W. Java wil uitspreiden. De Juliana-stichting biedt reeds een gezond en aangenaam verblijf aan 24 meisjes; ze geniet een subsidie van fl. 500. - 's maands voor het onderricht in de huishoudelijke vakken, terwijl men hoopt binnenkort een subsidie te verkrijgen voor de tuinbouwvakken.
Nu is West-Java aan de beurt om een afdeeling op te richten, die voorloopig de stichtingen te Malang en Ambarawa zal hebben te steunen.
De voertaal op deze scholen is de Ned. Taal, waar het mede een ernstig streven van de Vereeniging is, het Indomeisje het Nederlandsch zuiver te leeren spreken, haar, als behoorende tot den Nederlandschen stam haar rechten en plichten als Nederlandsche vrouw te doen kennen en liefhebben.
Het Bestuur der jongste afdeeling bestaat uit de dames: M. Creutzberg-Rijk, presidente; A.M.C. Delprat-Veth Vice-presidente; F.H. Knottenbelt-ten Doeschate, penningmeesteresse; C. Defais van Dijck, secretaresse; Mevrouw Granpré Molière Snell; en de heeren Mr. A.A. Galestin, rechtskundig adviseur; Dr. Ch.A.E. Granpé Molière en F. de Hoog.’
Aan dit bericht, mij door de redactie afgestaan, voeg ik nog het volgende toe:
De Vereeniging, bovengenoemd, is bij de lezers van Neerlandia ingeleid door den heer mr. J.H. Abendanon (men zie jaargang 1917, blz. 205); daar is ook te vinden een afbeelding van de vriendelijke Julianastichting te Malang.
De Vereeniging heeft haar aanzijn te danken aan de onvermoeide pogingen van Mevr. H.S. Deze hoogstaande vrouw gaf (en geeft, schoon reeds een 70-jarige) zich geheel aan hetgeen zij, tengevolge van hare jarenlange ervaring als hoofdonderwijzeres, voor het Indo-Europeesche meisje zoo dringend noodig achtte.
Gelijk ik vroeger reeds met groote ingenomenheid meldde, zijn honderden Indo-Europeesche meisjes werkzaam op kantoren, bureau's en overal waar zij maar werk kunnen vinden. Zij onderscheiden zich zeer gunstig.
Maar er zijn er natuurlijk ook, die niet vlug kunnen leeren en op deze heeft Mevr. H. het oog.
Nu is de gang van zaken deze:
De Vereeniging werd in 1911 opgericht te Amsterdam. Begon geld bijeen te brengen. Zoodra Mevr. H., die nog in gouvernements-dienst was, door haar pensioeneering geheel vrij was gekomen, begon zij te Malang in eigen woning, krachtig gesteund door de Vereeniging in Nederland, gesteund ook door de nieuwe Afd. Semarang. Gelijk boven gemeld werd is Malang nu in orde. Toen begon Semarang voor zich zelve, bracht (geen kleinigheid!) f 17000 bijeen door vrijwillige giften en kocht een huis te Ambarawa (koeler klimaat!); zal nu weer gesteund worden door Afd. ‘West-Java’ en ook zooveel mogelijk door de hierlandsche Vereeniging, die dit jaar f 700 zond. Zit Semarang goed in 't zadel, dan zal de Afd. ‘West-Java’ zeker een inrichting in eigen omgeving trachten te openen.
Ziedaar een prachtige Onderlinge hulp, ver verwijderd van allen kerktorengeest (esprit de clocher).
Mocht iemand (ik denk daarbij vooral aan welvarende oud-Indiërs, lezers van dit blad) voor dit mooie doel een gift willen afzonderen, dan zal ondergeteekende daaraan gaarne nader adres verleenen.
Men vergete niet: Nederland heeft een eereschuld, ook aan het Indo-Europeesche meisje en... goede huismoeders vormen is... de welvaart van Insulinde bevorderen.
's-Gr.
v.L.