Neerlandia. Jaargang 25

[p. 17]

Beknopt overzicht der Hoofdbestuursvergadering van 18 December 1920.

Aanwezig: de heeren P.J. de Kanter, Voorzitter, Jhr. Mr. J.L.W.C. von Weiler, Ondervoorzitter, Mr. B. de Gaay Fortman Secretaris-Penningmeester, Ch.R. Bakhuizen van den Brink, Jhr. Mr. G.A.K. Michiels van Kessenich, Kapt. K.E. Oudendijk, Kol. W.C. Schönstedt, C. Statius Muller en C. van Son, Administrateur.

Afwezig met kennisgeving: Dr. M. Alvares Correa, J.S.C. Kasteleyn, Dr. Th. Lens, Dr. W. van Lingen, Mr. Dr. C.F. Schoch, Th.G.G. Valette, Mevr. A.C. Veen-Brons.

De Voorzitter stelt aan de orde.

Punt I. Notulen der vergadering van 16 October 1920.

Deze worden goedgekeurd.

Punt II. Ingekomen stukken en mededeelingen, o.a.

Het Nederl. Weekblad ‘Ons Vaderland’ is verschenen en in een oplaag van 10000 ex. over heel de wereld verspreid.

Van enkele zijden wordt aangeraden den naam ‘Ons Vaderland’ te veranderen daar deze verwarring kan stichten met andere kranten, die reeds den zelfden naam dragen, en een rubriek handel, nijverheid en verkeer op te nemen.

Het Dag. Bestuur zal met dezen wenschen rekening houden als het weekblad levensvatbaarheid toont.

Brief van den Minister van Buitenlandsche Zaken betreffende het inrichten van een Nederl. Gezantschapsgebouw te Bangkok, in verband met de klachten van onzen vertegenwoordiger aldaar.

Briefwisseling met den Minister van Buitenlandsche Zaken betreffende de bijvoeging bij consulaire benoemingen: Aan.... kan in het Nederlandsch worden geschreven.

Voortaan zal bij bekendmaking der consulaire benoemingen alleen een bijvoeging worden opgenomen, wanneer met den benoemde niet in het Nederlandsch kan worden gebriefwisseld. Dat het wel kan wordt dus voortaan als regel aangemerkt.

Dankbetuiging van de Afd. Rotterdam van den Volkszang voor steun.

Punt III. Begrooting voor 1921.

Deze wordt na enkele opmerkingen van de heeren Oudendijk en Schönstedt goedgekeurd, in den vorm als in dit nr. opgenomen.

Punt IV. Nota van het Dag. Bestuur over den toestand van het A.N.V.

Met het oog op de slechte opkomst der leden wordt besloten dit punt tot een volgende daarvoor opzettelijk bij een te roepen vergadering te verdagen. De beginselverklaring, waarom het hier gaat, is te gewichtig, dan dat niet zou moeten worden getracht het geheele Hoofdbestuur gelegenheid te geven zich in dezen uit te spreken.

Punt V. Interpellatie van den heer W.C. Schönstedt, naar aanleiding van den Groepsdag te Amsterdam.

Het verband tuschen dit en het vorige punt wordt zoo nauw geacht, dat ook dit wordt verdaagd.

De Secretaris-Penningm. herinnert er aan, dat op den Groepsdag door de Stud. Afd. Amsterdam is beweerd, dat brieven door Vlamingen aan het Hoofdbestuur gericht, onbeantwoord zijn gebleven. Aan het Dag. Bestuur is daarvan niets bekend, wel het tegendeel.

Punt VI. Vlaanderen.

Brief van het Vlaamsch Hoog-studenten-verbond over aansluiting bij het Alg. Ned. Verbond.

De Voorzitter wijst er op dat deze brief niet rechtstreeks aan het Hoofdbestuur is gezonden, maar langs een omweg. Het voorstel om aan al de 500 Leuvensche studenten, die zouden zijn toegetreden, Neerlandia te sturen en ieder maar 1½ frank te laten betalen voor Neerlandia, zou te schadelijk uitkomen. Waar contributie-verhooging dringend noodig is, moet althans aan het minimum van f 2.50 worden vastgehouden, wat gezien de frankenkoers gelijk staat met een lidmaatschap van 10 fr. per jaar, waarvan 6 fr. aan het Hoofdbestuur moet worden afgedragen. Daar de Groep nog niet is heringericht, zal de Stud. Afdeeling Leuven als Zelfstandige Afdeeling moeten worden aangemerkt.

De heer Oudendijk zegt. dat hij het zeer zou betreuren als de contributie een bezwaar zou blijken voor aansluiting. Men vergete niet welk een kracht er van de Vlaamsche jongelingschap kan uitgaan voor onze beweging. In elk geval neme het Dag. Bestuur een tegemoetkomende houding aan.

Besloten wordt alvast te beginnen met voorloopig elke maand 25 ex. van Neerlandia naar Leuven te zenden ter verspreiding onder de studenten, benevens andere propagandamiddelen.

Samenstelling van een Nederlandsch woordenboek voor Vlaamsch gebruik in verband met de nieuwe Belgische taalwet.

Het Dag. Bestuur voelt veel voor het denkbeeld, maar acht het plan te kostbaar voor de kas. De kosten der samenstelling worden geschat op f 5000. - Dan komt nog de uitgave, waarvoor misschien een uitgever te vinden is.

Het Dag. Bestuur denkt er over een fonds voor dat doel bijeen te brengen, waaraan ook de Vlamingen als belanghebbenden zouden moeten bijdragen.

De vergadering machtigt het Dag. Bestuur in dezen geest te handelen.

Wenschen van de Wilhelmina-vereeniging te Antwerpen ter bevordering van het Nederl. leven aldaar.

De Voorzitter deelt mede van den Voorzitter dezer vereeniging, den heer Wynperle, een bezoek te hebben ontvangen. Het Dag. Bestuur zal trachten zooveel mogelijk aan de wenschen, o.m. het in bruikleen verschaffen van een Nederlandschen film, te voldoen.

Brief van Prof. Dr. Daels te Gent over verspreiding van Nederl. litteratuur in België.

Aan prof. Daels is nadere omschrijving gevraagd van wat gewenscht wordt.

Brief van den heer E. Besse te Amsterdam, met verzoek om steun voor het inrichten van een tentoonstelling van Vlaamsche kunst.

f 50. - wordt beschikbaar gesteld.

Voorstel van den heer K.E. Oudendijk.

Het Hoofdbestuur noodige een (bezadigd) activist uit om in een besloten kring van het Hoofdbestuur een uiteenzetting te geven van: het ontstaan van het activisme; de verhouding van de activisten tegenover den bezetter tijdens den oorlog; het werk der activisten in het algemeen. De voorsteller beveelt als spr. aan den heer Flor. Heuvelmans.

Hoewel sommige leden een dergelijke voorlichting voor zich overbodig achten, en van oordeel zijn dat het A.N.V. zich met activisme noch passivisme heeft in te laten doch alleen de Vlaamsche cultuur in het algemeen moet bevorderen, wordt het voorstel aangenomen.

Punt VII. Neerlandia.

Voorstel om ter bezuiniging op de uitgave van Neerlandia in het maandblad de volgende oproeping te plaatsen: Hij, die Neerlandia voortaan nog wil ontvangen, geve daartoe den wensch vóór den..... schriftelijk te kennen aan den Administrateur van het Hoofdbestuur.

Het Dag. Bestuur stelt voor:

Het Hoofdbestuur vrage in Neerlandia, dat de leden aan het Hoofdbestuur per brief hun oordeel over het

[p. 18]

orgaan meedeelen. Zij, die Neerlandia niet meer wenschen te ontvangen, worden uitgenoodigd zulks aan het Hoofdbestuur mee te deelen.

Toelichting: De leden bebben krachtens de statuten recht op het orgaan. Het Hoofdbestuur meent derhalve dat zijn voorstel meer in overeenstemming met de Statuten is dan dat van den heer Oudendijk.

De Voorzitter toont aan, dat beide voorstellen de fout hebben, dat geen zuiver inzicht in de meening der leden wordt verkregen. Dit kan alleen, wanneer buiten Neerlandia om hun meening wordt gevraagd bij referendum.

De Administrateur bestrijdt alle drie genoemde manieren, waarschuwt voor de hooge kosten, die het referendum op zich zelf reeds mee zal brengen en de schade die dreigt door aanmerkelijke vermindering der advertentie-opbrengst, afgescheiden nog van de verhoogde drukkosten per exemplaar, als de oplaag sterk verminderd wordt.

Het voorstel wordt ingetrokken.

Punt VIII. Brieven van de Boeken-Commissie betreffende een plaatsverv. directeur en toezicht op de boekenzendingen.

Besloten wordt in overleg met den directeur te blijven uitzien naar een geschikt plaatsvervangend directeur. Ook zal een samenspreking voor de belangen dezer nuttige instelling plaats hebben tusschen den Directeur en de voorzitters van het A.N.V. en N.Z.A.V.

Punt IX. Kabelnieuws voor West-Indië.

In overeenstemming met een deskundig advies wordt besloten een afwachtende houding aan te nemen.

Punt X. Zuid-Afrika.

Schrijven uit Pretoria van zeer bevoegde zijde over de kansen van het A.N.V. in Zuid-Afrika.

De Voorzitter wijst op het niet bemoedigende van den inhoud, die ook verklaart waarom de Boeken-Commissie niet meer succes heeft met haar werk in Zuid-Afrika.

Het blijkt dat 't Afrikaansch den voorrang heeft boven het Nederlandsch en Nederlandsche boeken daarom weinig aftrek vinden.

Punt XI. Buitenland.

Brief van den 2den Secretaris der Afd. Nieuw Nederland.

Uit dezen brief blijkt een opgewekt leven der Afdeeling, ook waardeering voor Neerlandia, dat de leden gaarne zagen uitgebreid.

Nota betreffende een Nederl. Instituut te Frankfort.

Het D.B. wordt gemachtigd hieraan zijn medewerking te verleenen. Een bedrag van f 500. - wordt beschikbaar gesteld.

Tot vertegenwoordigers worden benoemd: Prof. Dr. M.J.v.d. Meer te Frankfort; de heer J. Eskildsen te Panama (Stad); Pater Fr. Huisman te Rome en de heer J. Vreede te Budapest.

Punt XII. Rondvraag.

De aandacht wordt gevestigd op de pas opgerichte Nederlandsche vereeniging te Aken.

Het Dag. Bestuur zal verbinding zoeken.