Nationaliteitsgevoel.
De heer P.L. van Eck Jr., schrijft in het Febr.-nr. van ‘Volksontwikkeling’, maandblad van het Nutsinstituut:
Wat voor 'n mens is de individualiteit, z'n ikheid - dat is voor 'n volk z'n nationaliteit, ook z'n ikheid: z'n karakter. Nu weet ik wel, dat in onze tijd de ogen zijn opengegaan door de overdrijving, voor de uitwassen van 't nationaliteitsgevoel, en dat men vooral ook daardoor 't goede, beter gezegd 't onmisbare van nationaliteitsgevoel bij 'n volk over 't hoofd heeft gezien. Maar evenmin als men om egoïsme en eigenwaan de waarde van individualiteit bij 'n mens zal ontkennen of ook maar betwijfelen, evenmin behoorde men dit te doen met nationaliteitsgevoel bij 'n volk, al zijn er nu eenmaal ook verschijnselen, die worden aangeduid met de woorden nationalisme en chauvinisme
Ook voor 't geheel der menschheid is 't aankweken en onderhouden van dit gevoel bij elk van de volkeren afzonderlik 'n voorwaarde van geluk. Ik denk nu aan de Volkerenbond - of liever, om geen misverstand te wekken: aan 'n Volkerenbond - die niet goed kan zijn, als niet al z'n leden ieder voor zich 'n ware nationaliteit zijn; dat is: krachtige, zelfbewuste naties vormen.
't Zijn bekende waarheden die ik hier neerschrijf om te komen tot 'n eveneens bekende waarheid; dat is namelik deze: dat er geen beter middel is om bij 'n volk nationaliteitsgevoel op te wekken en aan te kweken, dus 't zichzelf te doen zijn, dan om dat volk zichzelf te doen kennen.