Invloed van het Nederlandsch in Japan.
Afschrift van een brief van de firma Linde Teves - Stokvis aan den Voorzitter der Afdeeling Semarang van het A.N.V.
Bij het lezen van een brief van ons kantoor te Kobe trof ons het volgende:
Wij hoorden in een der machinefabrieken een arbeider het woord draaibankoe noemen, hetgeen ons voldoende belang inboezemde om eens inlichtingen in te winnen naar de - overigens duidelijke - herkomst van dit woord. De chief engineer kon ons niet inlichten, doch deelde ons mede, dat de arbeiders voor de meeste werktuigen ‘foreing’ namen gebruiken. Hij noemde ons in een adem: schaafbankoe, steekbankoe, boorbankoe, fraismachine, geraamte, koppeling, pons, beitel, as, spie, fraisplaat, pers, rooster, enz. en deelde ons verder mede, dat op de door de verpakkers uitgeschreven pakkingslijsten altijd deze vreemde benamingen werden gebruikt, echter met gebruikmaking van Japansche karakters. Wij hadden reeds meerdere malen Hollandsche woorden in de Japansche taal ontmoet als: lampoe, tafel, koper, brikkie (blik) enz. doch het was ons een waar genoegen den fabrieksleider de verzekering te kunnen geven, dat de door hem genoemde woorden van Nederlandsche herkomst waren en dat de uitspraak nog vrij goed bewaard gebleven was. Onze pioniers zullen ook niet verwacht hebben, toen ze de beginselen der techniek naar dit Oostersche land brachten, dat hunne nazaten daar later ter markt zouden moeten gaan.’