Onze Taal ‘im Auslande’.
Mevrouw L. Rompel-Koopman, o.m. schrijfster van ‘Wat mevrouw Joubert vertelt’, heeft dit jaar nieuwe stof verzameld voor de geschiedenis der voortrekkers. Ditmaal heeft zij de oude mevrouw Fick op de plaats ‘De Post’ in de Kaapkolonie uitgevraagd en ook in Grahamstad en Riebeek, plaatsen waar Piet Retief leefde, onderzoek gedaan naar gegevens. De Volksstem van Pretoria bracht reeds verscheiden artikelen hierover.
In een brief over haar reizen door de Kaapkolonie, dezer dagen in Holland ontvangen, schrijft mevrouw Rompel: ‘'t is en blijft een merkwaardige sensatie zooveel duizend mijlen van Holland overal je eigen taal te hooren.’
Dit klinkt anders dan de onjuiste bewering van den heer Prell, hoofdredacteur van de ‘Deutsche Wochenzeitung für die Niederlande und Belgiën’:
‘Die Niederländische Sprache wird im Auslande nicht gesprochen und nicht gelesen.’
Meermalen heeft Neerlandia aangetoond dat er buiten de grenzen van Nederland evenveel Nederlandsch sprekenden en lezenden, ongeveer 6.000.000 gevonden worden als daarbinnen.
In het Sept.-nr. 1910 van Neerlandia gaven wij een afbeelding van den krantenwand in ons Tentoonstellingspaviljoen te Brussel waaruit bleek, dat er toen verschenen in België ongeveer 700, in Oost-Indië 50, in West-Indië 10, in Zuid-Afrika 60 en in Amerika 20 Nederlandsche bladen.
De heer Prell blijkt slecht op de hoogte.