De school te Batavia, die 11 Jan. 1914 in een huurwoning te Goenoeng Sahari (zie afbeelding) werd geopend, telde 1 Jan. 1915, buiten de Fröbelklasse, 105 leerlingen; vele aanvragen tot toelating moesten wegens gebrek aan ruimte worden afgewezen; de bouw van een eigen gebouw is nog in overweging. Sedert kort staat aan het hoofd der school mevr. Evenhuis-Hunsink, terwijl onder hare helpsters zich bevindt mej. Th. Sabaroedin, dochter van het districtshoofd van Weltevreden, zoodat reeds in vervulling kwam de in Februari, dezerzijds geuite verwachting, dat binnenkort ook inlandsche vrouwen aan het onderwijzen harer landgenooten zouden deelnemen. Het Kartinifonds steunt deze school met een maandelijksche toelage van f 40,-.
Voor de door eenige Inlanders gestichte en door Hollandsche ingezetenen van Madioen verder op de been geholpen school werd op 12 Jan. 1915 de eerste steen gelegd (zie afbeelding) van een eigen lokaal, voor den bouw waarvan door het Kartinifonds een bedrag van f 2000,- werd toegestaan, terwijl verder op Regeeringssteun en dien van particuliere zijde werd gerekend.
De stichting van deze school in 't bizonder, is wel een krachtig bewijs van de weldadige nawerking van de door wijlen R.A. Kartini geuite denkbeelden; idealen, die nu reeds tot verwezenlijking komen; hier vooral bleek, wat samenwerking tusschen Nederlanders en Javanen vermag. Twee gehuwde dames (mevr. Poldervaart en mevr. De Boer) gaven belangeloos het eerste onderricht aan de school, die door eigen aandrang van inlandsche ingezeten was opgericht. Thans zijn deze door de dames Huygen de Raat vervangen. Ook deze school wordt door het Kartinifonds met f 40,- 's maands gesteund.
De Raad van Beheer der Vereeniging eindigt zijn verslag met den wensch, dat ‘de door Kartini's teedere hand uitgestrooide zaden mogen voortgaan te ontkiemen, te groeien, te rijpen, Nederlandsch-Indië tot heil, Nederland tot voldoening, vreugd en eer.’ Wij sluiten ons daarbij ten volle aan; Nederland's steun kan in dezen veel nut stichten en weldadig op de ontwikkeling der Javaansche jeugd inwerken.
Het verslagjaar van het Fonds sloot met een aantal van 797 bijdragenden (634 leden en 163 begunstigers). Inlichtingen zijn desgewenscht te verkrijgen bij de secretares, mejuffr. J.C.F. de Graeff, Laan Copes van Cattenburch 11, te 's-Gravenhage.