Buitenland
Verslag uit Australië over 1912.
De oudejaarsavond van 1912 bracht in Perth een aantal Hollanders te zamen, zooals nimmer te voren in West-Australië gezien was. Het getal onzer landgenooten neemt, door meerdere bekendheid met het land, door woord en schrift verbreid, langzaam maar zeker toe, en de stroom dergenen die de vaderlandsche kusten verlaten om elders hun geluk te beproeven wendt zich ook gedeeltelijk naar deze streken der aarde, die door onze voorvaderen werden gewogen maar te licht bevonden om de moeite te loonen op den bodem de Hollandsche driekleur te planten. En het uiterlijk aanzien, vooral van dit westelijk deel van dit vasteland, vergeleken bij de parelen die Nederland in den loop der eeuwen aan zijn kroon gehecht heeft, en ook bij het liefelijk natuurschoon dat onze lage landen zelf bieden, rechtvaardigde dat oordeel; maar Australië bezit schatten in zijn mineralen en de vruchtbaarheid van den maagdelijken grond, die groote stoffelijke welvaart beloven.
Het was een gezellige avond, die 31ste December 1912, waarop de 25 tot 30 Nederlanders elkander alle mogelijke geluk en voorspoed toewenschten in het vreemde land voor 1913, het jaar dat het glorierijke herdenkings-eeuwfeest van Neêrlands herkregen vrijheid en onafhankelijkheid is. Voor de meesten onder ons was deze sylvesteravond de eerste, gevierd zonder de Hollandsche huiselijkheid van goed verwarmde vertrekken, terwijl buiten de wintervorst hoogtijviert.
Dronken werden gewijd aan H.M. Koningin Wilhelmina en Haar Huis, en aan onzen Consul-Generaal, den warmen vaderlander, en zijn werk, de oprichting van het Koningin Wilhelmina Onders euningsfonds voor Nederlanders in Australië, die niet dien voorspoed hebben gevonden in de Antipodes, die zij in jeugdige geestdrift verwacht hadden, herdacht, en het fonds in de algemeene belangstelling en den zoo noodigen steun aanbevolen.
Uit het verslag over de 12 maanden van 1 Juli 1911 tot 30 Juni 1912 blijkt dat van de rente van het nu gevestigd kapitaal dat nog klein is, eenige ouden van dagen ondersteuning genieten, die echter verre van toereikend is.
Verder ontbrak het niet aan de vaderlandsche liederen en dat men, hoewel uit de verschillende streken van Holland komende, en op verschillende scholen en op verschillende tijden onderwijs ontvangen hebbende, toch allen die zelfde liederen kende en uit volle borst meezongen (met hoeveel toewijding werd het ‘Holland, dierbaar land der Vaad'ren’ aangeheven), wekte het bewustzijn, dat wij zijn van denze fden stam en die, vooral in den vreemde, elkaar als de kinderen van één gezin bijstaan waar dit noodig is.
Het Kerst- en Paaschfeest brengt de Hollanders die er toe in de gelegenheid zijn naar de hoofdstad Perth om zich daarna weer in alle richtingen mijlen ver over het land te verspreiden.
Werk is hier in overvloed maar het blijft raadzaam dat men zorge niet naar vreemde te landen te reizen zonder van eenig geld voorzien te zijn om ten minste eenige weken in het onderhoud te kunnen voorzien. Alle begin is moeielijk, vooral wanneer onbekendheid met de taal des lands de moeielijkheden vergroot, maar men gevoelt zich minder hulpeloos met den sleutel, die alle deuren opent, in den zak.
Met vreugde mag het vermeld worden, dat de Federale Regeering van Australië een wet heeft aangenomen, die met recht ten voorbeeld aan Europa kan gesteld worden, namelijk de Staatspensioeneering op 65-jarigen leeftijd en ook voor zieken die niet in eigen onderhoud kunnen voorzien. Ieder Britsch onderdaan, die daarvoor in de termen valt, kan op genoemden leeftijd een pensioen, groot 6 gld. per week, erlangen. Hoewel er nog leemten in die wet zijn, die door tijd en ondervinding aangevuld moeten worden, kan het niet ontkend worden, dat een land welks wetgeving gericht is op het stoffelijk welzijn zijner inwoners, de beste krachten voor zich zal behouden.
Mogen binnen een niet te lang tijdsverloop, allen die tot ons volk behooren en zich in Australië bevinden, zich bij het A.N.V. aansluiten en daardoor den band, die hen aan het vaderland bindt, nauwer toehalen.
ANNA SEMMENS,
Vertegenwoordigster van het A.N.V. voor West-Australië.
Claremont, 10 Jan. 1913.