Oost- en West-Indië.
Een eigen orgaan voor Groep Nederlandsch-Indië.
In het laatste December-nr. kon nog, even voor het ter perse gaan, bericht worden dat het Groepsbestuur in Ned. Indië besloten had weder een eigen orgaan op te richten.
De overwegingen, welke daartoe leidden, zijn hoofdzakelijk de volgende:
1o. Voor een opgewekt vereenigingsleven is gedachtewisseling tusschen de leden onderling en tusschen Groepsbestuur en leden noodig; wel bestond er eenige samenwerking tusschen deze laatsten door de jaarlijksche samenkomsten van Groeps en Afdeelingsbestuursleden, maar die kunnen slechts weinig uitwerken, ook doordat het daar besprokene niet tot alle leden doordringt.
2o. Voor het oefenen van invloed op de openbare meening, in den geest van de bedoelingen van het Verbond, is een Verbondsorgaan in Indië zelf noodig; voorlichting en beïnvloeding van die openbare meening is vooral noodig, omdat het streven van het Verbond vaak met onwil of onverschilligheid wordt begroet.
Het algemeene Verbondsorgaan, Neerlandia, kan de behoefte aan dadelijke behandeling, aan vaardigheid, ook aan plaatsruimte niet bevredigen. Neerlandia omvat te veel en is daardoor voor Indië te eng. De Indische aangelegenheden kunnen in het algemeene stamblad niet zoo uitvoerig besproken worden als met het oog op het Indische publiek noodig is, en de zetel van uitgave mag niet zoo ver van Indië verwijderd zijn.