Neerlandia. Jaargang 16
(1912)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdNederlandAlgemeene Vergadering van Groep Nederland.30 Maart hield onze Groep haar 12e jaarvergadering, voor de eerste maal in het centrum van het land. Wie gedacht had dat dit een middel zou zijn om meer leden dan anders saam te brengen, heeft zich vergist. Zelfs van de Utrechtsche leden hebben we, behoudens de enkele, die zich voor de ontvangst verdienstelijk hebben gemaakt, zeer weinigen gezien, burgers noch studenten. Te aangenamer was ons de aanwezigheid van ons eerelid en medeoprichter van het A.N.V., Prof. H. Kern, tot aller voldoening nog krachtig en gezond en ten volle meelevend in onze beweging. En het was dan ook met instemming der geheele vergadering toen onze voorzitter, Dr. Kiewiet de Jonge, hem in de eerste plaats het welkom toeriep, vervolgens aan de heeren J.D. Baron van Wassenaer van Rosande en Jhr. Mr. J.L.W.C. von Weiler, leden van het Hoofdbestuur, en verder aan alle afgevaardigden, in het bijzonder aan die der pas opgerichte Afdeeling Apeldoorn. Vertegenwoordigd waren de Afdeelingen: Alkmaar, Amsterdam (Burger-Afd.), Amsterdam (Stud.-Afd.), Apeldoorn, Arnhem, Delft (Burger-Afd.), Dordrecht, Enschedé, 's-Gravenhage (Burger-Afd.), 's-Gravenhage (Jongel.-Afd.), Groningen, Haarlem (Burger-Afd.), Haarlem (Jongel.-Afd.), 's-Hertogenbosch, Leiden (Stud.-Afd.), Nijmegen, Rotterdam (Burger-Afd.), Rotterdam (Jongel.-Afd.), Utrecht (Burger-Afd.), Utrecht (Stud.-Afd.), Wageningen (Stud.-Afd.), Walcheren, Zaanstreek, Zwolle. Het Groepsbestuur was bijna voltallig aan de bestuurstafel gezeten. De openingsrede van den voorzitter en het jaarverslag van den secretaris, die beiden de lotgevallen der Groep, de een meer algemeen in verband met de algemeene geestelijke leiding van het A.N.V., de andere meer zakelijk in een overzicht hadden vastgelegd, zullen voor een volgend nummer van Neerlandia stof leveren. De overvloed van copie der andere Groepen dwingt Nederland ditmaal tot beknoptheid. De Rekening en Verantwoording over 1911, in uitgaaf en ontvangst f 16.438.03 bedragende, met een voordeelig saldo van f 13.037.41 en de Begrooting voor 1912 f 16.826.06 omvattend, werden zonder opmerkingen goedgekeurd na een korte toelichting van den waarn. penningmeester, den heer C.R. Bakhuizen van den Brink. De verkiezing had tot gevolg, dat de heeren Dr. H.J. Kiewiet de Jonge en Jhr. Mr. O.F.A.M. van Nispen tot Sevenaer opnieuw naar het Hoofdbestuur werden afgevaardigd en de heer N.J. Roelfsema (Den Haag) benoemd werd in de plaats van Mr. W. Dicke. Als Groepsbestuurders werden herkozen de heeren Dr. W. van Everdingen (Rotterdam), Jhr. Mr. H. Smissaert (Den Haag), A. Welcker (Amsterdam), en gekozen mevr. D. Bogaert-De Stürler de Frienisberg (Alkmaar) en de heeren Prof. Dr. L. Knappert (Leiden), Prof. Mr. A.A.H. Struycken (Zeist) en F.A. Hoefer (Hattem)Ga naar voetnoot*). De afgevaardigde der Afdeeling Zaanstreek sprak bij het punt verkiezing van bestuursleden den wensch uit, dat jongen personen voortaan ook een kans zou worden gegeven.
Allereerst kwamen in behandeling de voorstellen van het Groepsbestuur. Dat omtrent een algemeen voorschrift met betrekking tot tijdige inning der jaarbijdragen door de Afdeelingspenningmeesters vond eenige bestrijding, daar vooral in groote steden de inning niet zoo vlug en gemakkelijk gaat. Het Groepsbestuur zal bij het aanbrengen der wijzigingen rekening met die bezwaren houden. Het plan om de kaart de Nederlanders voorheen, vervaardigd voor de Wereldtentoonstelling te Brussel in 1910, na bijwerking en enkele noodzakelijke verbeteringen uit te geven, werd algemeen toegejuicht. Evenzeer het aanleggen van een verzameling lantaarnplaatjes over oud-, mooi- en nijver Nederland, voor welke een commissie benoemd werd bestaande uit de heeren F.A. Hoefer, A. Welcker en C. van Son. De bedoeling is het plan uit te breiden over heel | |
[pagina 105]
| |
ons Nederlandsch stamgebied, zoodat uitwisseling kunne plaats hebben. Alle Groepen, Afdeelingen en leden kunnen aam het verzamelen meehelpen door inzending aan het kantoor te Dordrecht van prachtige foto's, liefst negatieven of lantaarnplaatjes. Het voorstel-Haarlem inzake de aanstelling van een raadgever of beschermheer voor elke Jongel.-Afdeeling, dat zijn oorsprong vindt in de moeilijkheden, welke met de Haarlemsche Jongel.-Afd. in 1911 werden doorgemaakt, vond nog al bestrijding. Men wilde ‘de hoop des vaderlands en des Verbonds’ niet het zelfstandig gevoel ontnemen en zag in een beschermheer een dwarskijker. Dr. Schepers legde het voorstel beter en milder uit en betoogde, dat het overladen Dagel. Bestuur der Groep gevrijwaard moet worden voor tijdroovende scheidsrechterlijke bemoeiingen. Tot nader onderzoek in dezen werd een commissie benoemd bestaande uit de heeren Dr. J.B. Schepers, Dr. M.A. van Weel, de dames W.G. Scheer en Y.C. Windt en den heer M.C. van Vooren Jr., waardoor zoowel ouderen als jongeren hun invloed op de beslissing kunnen hebben. Deze Commissie zal ook te onderzoeken hebben of het aanbeveling verdient den leeftijd voor overgang van Jongel.- tot Burger-Afd. van 21 op 23 jaar te stellen, zooals door de Rotterdamsche Jongel.-Afd. wenschelijk wordt geoordeeld. Het voorstel-'s-Gravenhage omtrent de geldelijke verhouding der Jongel.-Afd. tot de Groep zal eveneens door die Commissie worden onderzocht. 's-Gravenhage had nog voorgesteld plannen te overwegen in hoeverre ter gelegenheid van het eeuwfeest van Nederland's onafhankelijkheid zooveel mogelijk onnederlandsche woorden en stijlwendingen in wetgeving, rechtspraak en leger kunnen worden vervangen. Het Groepsbestuur zal dit overwegen. De voorzitter wees er nog op, dat de Nederl. Juristenvereeniging dezen zomer zal voorstellen een Commissie te benoemen om te onderzoeken op welke wijze verbetering kan worden aangebracht in onze rechtstaal. Het voorstel Utrecht betreffende de jaarlijksche viering van Dingaansdag vond geen instemming. Een drietal voorstellen van de Afdeeling Zaandam betreffende verlaging der jaarlijksche minimum-bijdrage om meer leden te kunnen winnen, verbetering van Neerlandia en uitbreiding van de propagandamiddelen waren te laat ingezonden om nog in 't Maart-nr. te kunnen worden openbaar gemaakt. Toch werden ze in behandeling genomen en de besprekingen zullen aanleiding geven dat het Groepsbestuur deze punten bestudeere en in een volgende vergadering met een praeadvies kome.
Een aangename afwisseling der gedachtenwisselingen over Verbondsaangelegenheden bood het luisteren naar mej. Cateau Esser's welsprekend betoog over de kunst van het gesproken woord, welke bij de Nederlanders nog zooveel te wenschen overlaat, en 's heeren Schepers' geestdriftige inleiding tot het Plan 1913, welke aangaf de wijze waarop het A.N.V. aan de herdenking kan deelnemen. Bij de bespreking, die volgde op deze rede, waarvan Neerlandia nog nader gewag zal maken, werd o.m. gewezen op de wenschelijkheid om de hotelhouders te doordringen van den plicht toch vooral die verbeteringen aan te brengen, welke noodig zijn om den stroom van vreemdelingen, die verwacht wordt, waardig te kunnen ontvangen. Bij de rondvraag werden nog verschillende middelen aangegeven om het A.N.V. meer bekend te maken en de belangstelling onder de leden te doen toenemen. Een 40-tal dames en heeren vereenigden zich tot besluit aan een gemeenschappelijken maaltijd, waar menig hartelijk woord aan onze gemeenschappelijke grootsche zaak werd gewijd. De dischkaart was versierd met een fraaie teekening van den heer J.W. van Winkoop. Na afloop van den maaltijd werden door Coers Liederenkoor een reeks Nederlandsche zangen ten gehoore gebracht. De heer Galesloot, die met zooveel liefde dit koor aanvoert, ontving een lauwerkrans, waarbij onze voorzitter een woord van groote waardeering sprak. C. VAN SON, Secretaris. |
|