Neerlandia. Jaargang 16
(1912)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdVereeniging ‘Oost en West’.Getrouw aan zijn voornemen, gaat het bureel van raad en voorlichting dezer Vereeniging voort met het verspreiden van zijne propaganda-uitgavenGa naar voetnoot*). No. 5. De ambtenaar bij het boschwezen in Nederlandsch-Indië, bewerkt door den houtvester A.J. van Deventer, zag thans het licht. In hoofddeel I wordt de groote beteekenis der bosschen voor de volkswelvaart, het klimaat, de scheepvaart en den handel geschetst; wordt de verspreiding van het boschgebied over den Indischen archipel beschreven, en een beeld gegeven van de boschdistricten en de houtvesterijen, de laatste inzonderheid als de kweekplaatsen bij uitnemendheid voor het djatibosch. Hoofddeel II geeft een overzicht van de werkzaamheden bij het boschbedrijf; de grensregeling en afbakening, de opmeting en kaarteering der bosschen; de aanleg der afvoerwegen en de aard der vervoermiddelen; de wijzen van boschontginning, door tusschenkomst van partikuliere ondernemers en door gouvernementsambtenaren, worden besproken. Over de boschcultuur en de verpleging wordt het een en ander medegedeeld, alsook over hare vijanden; het noodzakelijke der boschpolitie en haar werkkring worden verklaard. | |
[pagina 63]
| |
Door dit hoofddeel krijgt de toekomstige boschambtenaar een inzicht in den hem wachtenden werkkring. De algemeene organisatie, d.w.z. de verschillende rangen van het personeel, meer in 't bijzonder de werkkring van ieder der ambtenaren, het dagelijksch leven, de bezoldiging en de vooruitzichten, worden in het IIIe hoofddeel beschreven; terwijl het ‘Aanhangsel’ een overzicht geeft van de studie en de wegen tot opleiding voor het boschwezen. Jongelieden, die zich voor dien diensttak in Nederl. Indië willen bekwamen, vinden in dit boekje, dat voor f 0.20 verkrijgbaar is bij Mart. Nijhoff in Den Haag, alles wat zij noodig hebben om te weten, wat hun daarin te wachten staat. Voor het boschwezen is in de toekomst eerder uitbreiding dan inkrimping te verwachten; onder de 55 houtvesters zijn thans, door gebrek aan Nederlandsche, tien tijdelijk aangenomen Duitsche; voor Nederlandsche jongelieden ligt er een toekomst in dien tak van dienst. |
|