Hollandsche onderwijzers.
Het Christelijk Schoolblad (Amsterdam) schrijft:
‘Als een merkwaardig teeken des tijds mag vermeld worden, dat aan de normaalschool te Bloemfontein drie personen, in Holland geboren, tot onderwijzer benoemd zijn. Dr. W.J. Viljoen, de Vrijstaatsche directeur van onderwijs, heeft daarmee getoond een man te zijn, die wel geenerlei gevoeligheid noodeloos kwetsen wil, maar toch evenmin schroomt om zonder aanzien des persoons dezulken te benoemen, aan wie hij onder de huidige toestanden de taak om de aanstaande onderwijzers met de noodige kennis en vaardigheid in het Hollandsch toe te rusten, het best meent te kunnen toevertrouwen. De kalme beslistheid, waarmede het hoofd van het Vrijstaatsche departement van onderwijs optreedt, zijn onbetwist meesterschap over beide talen, zijne wetenschappelijkheid en het wijs beleid, waarmede hij vrede-storende botsingen weet te voorkomen, doen hem een groot vertrouwen verwerven, Hij staat zuiver op den grondslag van art. 137 der Unie-grondwet, dat het Engelsch en het Hollandsch als officieële talen in de Unie erkent.’