Taaiheid van het Nederlandsch.
Vlamingen en Afrikaners hebben geloof in het behoud hunner taal, hoe Franskiljons of Engelschen ook mogen beweren dat het Hollandsch het in den strijd tegen de wereldtalen, het Fransch en het Engelsch, nimmer zal kunnen bolwerken. En Vlamingen en Afrikaners hebben gelijk, wanneer zij dit geloof niet verliezen. De fei en laten hun vertrouwen recht wedervaren. In Fransch-Vlaanderen heeft het Vlaamsch zich sedert eeuwen gehandhaafd, overheersching van het Fransch ten spijt. Meer dan eens hebben wij daarop reeds gewezen. Thans weder vinden wij daaromtrent onderstaande merkwaardigen brief in de Vlaamsche Gazet:
Waarde Vriend,
‘Laat mij eerst en vooral zeggen, dat, toen de Russische Czaar eenige jaren geleden Duinkerken bezocht, ik, mij daar ook bevindend, op de Place Jean Bart, aan een Fransch soldaat - natuurlijk in het Fransch - naar den weg vroeg, en tot mijne verstomming tot antwoord kreeg: 'k Versaen joen nie, menhère!
- Wat! Ge verstaat mij niet en ge zijt Fransch soldaat?
- 't Es nochtans azoo menhère, 'k en kenne nie als Vlamsj.
Dan zette ik het gesprek voort met den Franschen piot, die mij had gebracht naar het Duitsch bierhuis, waarnaar ik hem had gevraagd.
Ik vernam van hem, dat er in 't Fransche leger veel soldaten zijn die geen Fransch kennen; dat er in Fransch-Vlaanderen nog steeds veel Vlaamsch wordt gesproken.
Doch, nu een achttal dagen geleden, bevond ik mij te Ardres, tusschen St.-Omaars en Kales, bij een familielid, notaris aldaar. Hij was candidaat geweest te Duinkerken, zijne geboorteplaats. Een zijner collega's notaris te Grevelingen, was ook dischgenoot, benevens een mijner schoonbroeders, Westvlaming, die ruim 20 jaar te Toerkonje had verbleven. En gevieren spraken we Vlaamsch.
Beide notarissen zegden mij dat er te Duinkerken, te Grevelingen en in gansch die streek nog steeds akten in 't Vlaamsch worden gemaakt voor boeren die geen woord Fransch kennen. Zij voegden er in 't Fransch aan toe: Nous sommes de la Flandre flamingante.
En daarom zeggen we dat, zoo onze franskiljons denken dat ze bij ons het ingeworteld Vlaamsch kunnen uitroeien, zij eens den blik mogen wenden tot het sedert Lodewijk den-Veertienden veroverd en nog niet gansch verfranscht Fransch-Vlaanderen, waar de moedertaal nog steeds Vlaamsch is.’