Het turnen en het Nederlandsch.
Onlangs is verschenen de tweede druk van: De Turnvaktaal, volgens N.J. Cuperus, in overeenstemming gebracht met de besluiten der Congressen van Antwerpen en Brussel door Oscar Delaive, met bijkomende Fransche termen en 768 figuren.
Het is bewerkt onder toezicht van afgevaardigden der betrokken turnbonden. De medewerking van den bekenden Noord-Nederlandschen gymnastiekleeraar S. van Aken, is een waarborg te meer, dat de juiste Nederlandsche termen gebruikt zijn.
Deze turnvakschool bevelen we als leiddraad tenzeerste aan voor alle gymnastiekverenigingen in Vlaanderen.
Ook in de Turnzaal moet het Nederlandsch worden hoog gehouden en juist door de bijvoeging van de Fransche termen wordt de bedoeling, voor hen die te zeer aan Fransche bevelen gewend zijn, duidelijk.
Met ingenomenheid vermelden we ook een Liederboek voor Turners, getiteld Turnersvreugde en uitgegeven door de Noordergouw van den Belgischen Turnbond.
Het bevat Vaderlandsche, Gezelschaps-, Turn- en Kinderliederen, met klavierbegeleiding en is bedoeld als ‘longengymnastiek’ en opvroolijking van den arbeid!
Wij zeggen het Albrecht Rodenbach na:
Zoo zing dan jongeling, daar gij jongeling zijt;
Begeestre 't lied de werkzaamheid Uws levens.