Tentoonstellings-Schepen.
Ik lees in een financiënblad het volgende; ik vertaal het letterlijk.
De Vlottende-tentoonstelling van Rusland, welke sedert twee maanden een rondreis maakt in het Oosten en het Balkansch schiereiland heeft een schitterend succes.
De uitslag door haar behaald te Constantinopel is geschikt om iedereen te bevredigen. Zij heeft groote belangstelling verwekt niet alleenlijk in officieele kringen en in de Europeesche kolonie, doch ook in de handelswereld. De Russen hebben aanstonds min of meer belangrijke bestellingen van waren van allen aard ontvangen; de eene als vaste, andere als proefbestellingen.
Bijzondere aandacht verdienen de bestellingen aan de Textielnijverheid van Moskou en die aan de koolnijverheid van Donetz. Deze laatste, vertegenwoordigd door het Syndikaat Prodongol, heeft een overeenkomst gesloten met een der voornaamste scheepvaart-maatschappijen van den Bosphorus, voor de levering van kolen. Andere overeenkomsten, b.v. voor ijzer, voor bouwwerken en naphta voor het branden, zijn in vorming. Rusland bemeestert hier een belangrijk afzetgebied voor de produkten zijner nijverheid.
Is dit geen wenk voor onze Nederlandsche nijveraars?
Wat Rusland kan, vermag Nederland dat niet?
Of zijn onze nijveraars niet ondernemend; of zien zij het voordeel zulker onderneming niet in? Ik durf het niet te denken.
Het zou toch niet zoo moeilijk vallen de noodige gelden daarvoor bijeen te krijgen.
Er zijn vele landen, waar Nederland niet of te weinig bekend is.
En staan wij dan ook in de tweede plaats in Rumenië, wij zijn toch niet genoeg bekend in de naburige rijken.
In het Balkan schiereiland, in Perzië, Egypte, Maroco, in Zuid-Amerika vooral is er oneindig veel te doen. En zouden onze Nederlandsche nijveraars dan terugdeinzen voor eene luttele uitgaaf, als het voor de hand ligt, dat zij duizenden guldens misschien intrekken, voor elke honderd, die zij uitgeven?
En is het niet mogelijk, dat de Regeering, het nut inziende zulker onderneming, zou kunnen bijspringen, waar de persoonlijke bemoeiing te kort schoot?
Ik denk het niet.
Wat denken onze Verbonders hiervan? Overweegt eens goed en werkt in die richting.
Antwerpen.
P. WINGENS.