Van het bestuur der Groep Ned. Antillen.
Aan de laatste ontvangen notulen van het bestuur der Groep Ned. Antillen zijn de volgende mededeelingen ontleend:
De vertegenwoordiger van het A.N.V. te Charkof heeft het Hoofdbestuur verzocht hem in verbinding te willen brengen met Curaçaosche firma's, die zaken doen in sisal en Curaçaosche stroohoeden, omdat hij hiervoor een afzetgebied in Rusland meende te kunnen openen.
Het Groepsbestuur heeft deze zaak in handen gesteld van den heer J.H.J. Hamelberg, oprichter der Eerste Sisal Maatschappij.
Ook is de aandacht der Mij. tot Bevordering van Landbouw, Veeteelt, Zoutwinning en Visscherij en de Cur. Mij. tot Bevordering der Hoedenindustrie er op gevestigd.
Op 't verzoekschrift van het Groepsbestuur om verhooging van de Gouvernements subsidie ter wille der vele aanvragen om steun van jongelieden bij voortzetting hunner studie, kwam een antwoord in van den H.E.G. heer Gouverneur der Kolonie, dat bij de samenstelling der begrooting 1911 op het verzoek zal gelet worden.
Dankbaar voor den toegezegden steun, spreekt het Groepsbestuur zijn volle vertrouwen uit steeds op de zoo hoogst noodzakelijke hulp van het Gouvernement te mogen rekenen.
De dringende wenschelijkheid werd uitgesproken, dat het Hoofdbestuur zal voortgaan met het verleenen van een paar studiebeurzen aan Curaçaosche jongelieden.
Het Groepsbestuur heeft van den Weleerw. heer Pater P.A. Euwens een bijdrage ontvangen, getiteld Geschiedkundig Overzicht van het eiland Aruba, welk stuk, dankbaar aanvaard, doorgezonden is naar de redactie-commissie voor het Aruba-nummer.
Ook de Weleerw. heer v.d. Brink had zijn bijdrage voor het nummer gereed.
Ter sprake kwam ook nog de uitgave van het vervolg van het zoo nuttig en hoogst belangrijk werk van den heer J.H.J. Hamelberg ‘De Nederlanders op de West-Indische eilanden’. Algemeen was men het eens, dat het jammer zou zijn, als de eenig betrouwbare geschiedenis dezer eilanden niet zou kunnen vervolgd worden uit gebrek van financieelen steun.
Gaarne zal daarom het Groepsbestuur in onderhandeling treden met den heer Hamelberg en de uitgevers, en trachten de noodige middelen te vinden om de verdere uitgaven mogelijk te maken.
Waar het Gouvernement van Curaçao een som op de begrooting plaatste om de uitgave van een Encyclopedie voor West-Indië te bevorderen, zal het Bestuur der Kolonie, desgevraagd, zeker den steun niet weigeren om de Geschiedenis onzer eigene eilanden te helpen voltooien. Ook meende het Groepsbestuur hierbij op hulp van het Hoofdbestuur te mogen rekenen.
Hulde wordt nog gebracht aan den heer J.A. Lampe, onderwijzer op Saba, voor zijn nuttigen arbeid ten bate van het A.N.V.