Neerlandia. Jaargang 14
(1910)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 145]
| |
Boeken-CommissieAdres van den 1en Secretaris-Penningmeester: 244c Mathenesserlaan, Rotterdam. Adres van het Boekenhuis: 63 Van der Duynstraat, Rotterdam. Sedert de verschijning van 't jaarverslag over '09 hebben wij weer tal van nieuwe adressen gekregen voor onze boeken, tijdschriften en couranten: Oost Londen en Willowmore in Kaapland, tal van plaatsen in den omtrek van punten in Oranje Vrijstaat, waar wij reeds boekerijen stichtten, Gorbea in Chili (waar Holl. kolonisten, die langer of korter in Z.-A. verblijf hielden, maar tijdens den oorlog uitgezet waren, wonen), Charlestown (bij Boston: zeemanshuis), Harrison (S. Dacota), Qué (Caconda, Port. W.-A.), Meisjeskring ‘Jong Vlaanderen’ te Gent, afd. Chicago A.N.V., Vereeniging ‘Daja Oepaja’ te Batavia enz. * * * Jammer genoeg is 't aantal Begunstigers of Contribuanten niet in dezelfde mate gestegen: van 67 kwamen wij op 73, onder wie eenige leden en 't Bestuur der afdeeling Zaanstreek, waar de laatste lezing in den afgeloopen winter gehouden werd over ons werk: tot nu toe 't beste middel om de B.-C. bekend te maken en 't getal onzer ‘eigen leden’ uit te breiden. Dankbaar, maar niet voldaan dus. Gelukkig ontvingen we al eenige uitnoodigingen om voordrachten te komen houden in den komenden winter: als alle afgevaardigden ter Alg. Vergadering te Zwolle, die ons dat beloofden, nu maar woord houden! * * * De sub-commissies te Zaandam, Haarlem, Zwolle, Amsterdam (Studenten en Jongelieden), Breda, zonden boeken of beloofden het te zullen doen. Ook vele leden bleven trouw zenden. Dagbladen hebben wij er voor 't oogenblik genoeg. Ten behoeve van Fransch Vlaanderen is ons verzocht de toezending van bepaald-Roomsche boeken, tijdschriften enz., ook gebedenboekjes: natuurlijk alle in 't Hollandsch. Wie helpt ons daaraan? Willen de sub-commissies en ook de leden hierom niet eens vragen in de plaatselijke bladen? Daarmede wordt aan zulk een oproep van onze Commissie een buitengewone bekendheid gegeven, die meer nut kan stichten, dan een schrijven van ons zelven in enkele bladen. Het laatst heeft de sub-commissie te Breda een uitstekende oproep gedaan in plaatselijke bladen, die wij dringend andere afdeelingen - vooral de vele, die nog maar altoos volharden in een somber stilzwijgen ten onzen opzichte! - ter navolging willen aanbevelen. Breda zal wel een afdruk willen afstaan. * * * De volijverige sub-commissie te Haarlem - secretaris de heer Croin - zond eenigen tijd geleden een jaarverslag in, wat ook Zaanstreek eens gedaan heeft. Daaruit bleek, dat een der plaatselijke bladen in het verslagjaar voor 't eerst weigerde een stukje over ons werk kosteloos te plaatsen - een betreurenswaardig feit, dat ons zeer verbaasde. Voorts schonken de afdeelingen van het Nut en den Protestantenbond tal van boekwerken (de laatste 400), enkele leden ook eenige. Tezamen kon de commissie 11 pakken naar 't Boekenhuis zenden. Alle pakken en de wekelijksche krantenzendingen worden door de directie van ‘W. Bus' Stoomboot-Mij.’ kosteloos vervoerd - waarvoor wij deze onderneming gaarne onze hulde brengen! Evenzeer aan de heeren Croin, Vader en anderen, die zich zooveel moeite en opofferingen getroosten om ons zulk een groot aantal boeken, reeds ten deele gezift en gerangschikt, toe te zenden. Ook in 't nieuwe jaar deed Haarlem al spoedig van zich spreken. Men wist de hand te leggen op een partij van niet minder dan 1700 schoolboekjes, meest in zeer goeden staat verkeerend, die met 200 boeken, geschenk van een belangstellend lid der afdeeling, een zeer bijzondere zending vormden. Reeds kort daarna deden de nieuwelingen goeden dienst: in Z.-A. en andere streken vroeg men om schoolboekjes en terstond gingen de Haarlemmers ‘op pad’... Met de afdeelingen Zwolle en Amsterdam (Studenten en Jongelieden) vormt Haarlem een klaverblad, dat door ons niet genoeg gewaardeerd kan worden! * * * Tot ons groot genoegen mochten wij van bezoekers vernemen, dat in 't Paviljoen van 't A.N.V. op de Brusselsche Tentoonstelling ook onze kaarten en tabellen de aandacht trekken. Waren wij op den dag der opening van de Nederlandsche afdeeling wel aanwezig, maar - tot ons leedwezen - niet gereedgekomen met de uitstalling, niet lang daarna was door de goede zorgen van de heeren Kesler en Delpire alles ter bezichtiging gereed. Zooals wij in 't jaarverslag schreven: ‘wij rekenen op een druk bezoek van Verbondsleden; misschien wordt de weg ter kennismaking met de B.-C. dan wel over Brussel en vandaar naar Rotterdam genomen.’ * * * Wij hebben ernstig moeite gedaan voor samenwerking met ‘Onze Vloot’, met 't oog op boeken-zendingen naar O.-I. Tot onze groote spijt evenwel werd ons aanbod daartoe door 't Hoofdbestuur van die Vereeniging niet aanvaard. Ook de onderhandelingen met de Vereeniging voor Evangelisatie onder de militairen in N.-I. hebben nog niet tot een bepaald gevolg geleid. Het is intusschen te hopen, dat er overeenstemming verkregen worde met dergelijke vereenigingen, die boeken uitzenden: niets kan ons aller doel zoo schaden als verbrokkeling van middelen, werkzaamheid, ondervinding en wat niet al. Wij meenen nog altijd, dat onze Boeken-Commissie het aangewezen lichaam is voor al wat met boekenen krantenzendingen naar Nederl. kolonies en koloniën in verband staat. Geen andere Commissie kan over zooveel adressen beschikken, over zooveel ervaring als de onze, die bijna 8 jaren bestaat, al mogen andere vereenigingen al veel langer zich met één bepaald gebied bezighouden. * * * Met groote voldoening vermelden we, dat onze bemoeiingen inzake een op te richten Huishoudschool in den Oranje Vrijstaat uitnemend gevolg beloven. Geheel naar de aanwijzingen van de prospecti der Holl. scholen, die wij van mej. A. Wolff, directrice der Openbare Werk- en Leerschool te Amsterdam, mochten ontvangen, heeft mevr. A.H. van Gent te Bethlehem een schema ontworpen, dat de goedkeuring van Minister Hertzog wegdroeg, die een aanzienlijke som in 't vooruitzicht stelde voor de stichting der Vrijstaatsche Huishoudschool voor arme meisjes. Voor mevr. Van Gent, die lid was van de Regeeringscommissie tot regeling van 't Industrieel onderwijs voor meisjes in den Vrijstaat, en de ijverige Secretaresse is van de Vrijstaatsche Vrouwen-Vereeniging een groote voldoening - die wij onze talentvolle landgenoote van harte gunnen. * * * In de Dr. Van E.-A.N.V.-Boekerij te Bloemfontein werden noode een aantal voorname werken uit onze letterkunde gemist. Op verzoek verzochten wij nogmaals eenige uitgevers om aanvulling en wij ontvingen bijna 200 deelen van belangrijke werken, die de Boekerij zeer zeker tot sieraad zullen strekken. Waarschijnlijk zullen wij binnenkort het doen drukken van den catalogus der Boekerij hier te lande op ons nemen. Er zijn nu ruim 1300 boeken biieen. De heer Hovy, tot voor korten tijd correspondent | |
[pagina 146]
| |
in Kaapland, is naar 't Oosten van Transvaal verhuisd en heeft goedgevonden onze belangen aldaar te blijven behartigen. Wij ontvingen dezer dagen voor 't eerst in langen tijd weer bericht van hem uit Carolina (Transv.), waar hij zich metterwoon gevestigd heeft. * * * De voortdurende uitbreiding onzer betrekkingen met Holl. kolonies enz. heeft onzen arbeid zoo sterk doen toenemen, dat onze beambte in 't Boekenhuis, belast met 't gereedmaken der kranten- en tijdschriftenzendingen, verscheidene middagen 's weeks daarmede bezig is en eveneens 't aantal vaste kantooravonden tot drie gestegen is. (Dat zijn de avonden, dat wij met personeel werken). Er wordt op't oogenblik meer dan f 30. - 's maands uitgegeven alleen aan vracht voor de wekelijksche en maandelijksche zendingen. Behalve couranten, worden verzonden: een aantal ex. van Morks' (vroeger Boon's) Magazijn, van Holland Express, van 't Geïll. Volksblad voor Nederland enz. Tot onze plannen voor de toekomst behoort o.a. te onderzoeken, in hoeverre 't mogelijk zou wezen ook de Ziekenhuizen in havenplaatsen van lectuur te voorzien? 't Is ons bekend, hoe nuttig dergelijke zendingen zouden werken, maar 't zal onze taak opnieuw belangrijk uitbreiden. * * * Zijn er onder de leden der afdeeling Rotterdam van Jong Nederland ook jonge dames, die lust en gelegenheid hebben op Zaterdagmiddag in 't Boekenhuis te komen werken? Wij krijgen een bedenkelijk tekort aan werkkrachten aldaar en zouden gaarne versterking ontvangen. Liefhebsters gelieven zich aan te melden bij ondergeteekende. Wij betreuren n.l. 't verlies van twee uitnemende medewerkers, die jaren lang ons in 't Boekenhuis en op 't kantoor terzijde stonden: Mej. C.F.M. Dane, die dezer dagen in 't huwelijk trad en de heer Koos Vink, die om drukke werkzaamheden ons moest verlaten. De Commissie spreekt hier een woord van hartelijke waardeering voor den krachtigen steun, haar door twee van de beste medewerkers, die ze ooit had, zoo lang verleend! * * * Is 't na bovenstaande mededeelingen nog wel noodig aan de lezers te verzoeken de B.-C. met alle kracht te steunen? Hoe meer geld wij ontvangen, des te meer aanvragen kunnen wij degelijk uitvoeren en des te beter aanbiedingen kunnen wij aan onvermogende en steun verzoekende kolonies doen. Belangstellenden kunnen op aanvraag een ex. van 't laatste jaarverslag erlangen. De 1e Secretaris-Penningmeester, VAN EVERDINGEN. Rotterdam, Juli '10. |
|