Kaarsen.
Van alle zijden komen klachten over den geringen ondernemingsgeest der Nederlandsche kaarsen-fabrikanten. In Egypte laten deze fabrikanten zich verdringen en thans schrijft de Nederlandsche Consul Pinedo te Havana, volgens het verslag in de Handelsberichten:
‘Het is te betreuren, dat de Nederlandsche fabrikanten van kaarsen niet meer moeite doen, hun artikel op deze markt (de Cubaansche) te plaatsen. Het feit, dat van Spanje zooveel kaarsen worden ingevoerd, bewijst, dat het verschil van invoerrechten ten gunste van de Amerikaansche goederen geen beletsel is voor den invoer van het niet-Amerikaansche fabrikaat.’
En die invoer is wel de moeite waard er werk van te maken. Hij bedroeg in de eerste helft van 1908 715.987 dollars, waarvan slechts 439 dollars uit Nederland kwam.