Levenskracht van 't Hollandsch.
De heer H. Honig te Kaapstad schrijft:
In de Cape Times van 25 Maart 1.1. verscheen een berichtje uit Londen, onder 't hoofd: Afrikaans groot wild. Hoe benamingen reizen. Hollandse namen in de Soedan.
Woensdag keerde de Graaf van Winterton terug van een interessante jachtpartij, die hem naar Soedan tot de Abyssiniese grens gebracht had.
De partij was in elk opzicht uitmuntend geslaagd en met een metgezel schoot Winterton ongeveer drie en dertig stuks wild, waaronder olifanten, hartebeesten, buffels, waterbokken, roans, orabi's, gazellen en rietbokken.
‘Het is opmerkelik’, zeide Lord Winterton tot een verslaggever, ‘hoe de Hollandse benamingen voor groot wild zich een weg door Afrika gebaand hebben, en ik werd getroffen de Arabieren een zeker soort vogels “aasvogels” te horen noemen.’