Oud-Holland op zijn best.
Op 8 Januari 1609 sloten de bewindhebbers der O.-I. Comp. van de Kamer van Amsterdam een contract met last aan Henry Hudson, om op een hem te verstrekken scheepje of jacht een doortocht naar China op te sporen ten N.-O.
Op 4 April 1609 te Amsterdam met ‘de Halve Maan’ onder zeil gegaan en geen doortocht vindende, wendde hij echter zijn koers naar het Westen, en voer 9 September daaraanvolgend bij Manhattaneiland, het tegenwoordige New-York, den stroom op, de naar hem de Hudsonrivier genoemd wordt.
Toen hier bekend werd, dat er in Amerika ter herinnering aan dit feit Hudsonfeesten zouden worden gevierd, werd in Nederland een commissie gevormd om daaraan deel te nemen (zie Neerlandia van Juni 1908) en besloten een nabootsing van het genoemde schip in Sept. a.s. te doen binnenzeilen in de haven van New-York.
Dit scheepje in den vorm als nevenstaande foto aangeeft, welke door den uitgever van ‘De Aarde en Haar Volken’ welwillend voor Neerlandia werd afgestaan, wordt op het oogenblik te Amsterdam gebouwd.
De Amerikaansche Commissie is vol lof voor dit plan en schreef o.m. aan onzen Minister van Buitenlandsche Zaken:... ‘het schip zal den Amerikanen herinneren aan het bewonderenswaardige karakter van Uw volk, dat de zee terugdreef, toen ge land noodig hadt om op te wonen; de zee, die gij tot uw hulp opvorderdet, toen gij de vijanden van uwe vrijheden wenschtet te verdrijven; en die u voerde naar de vier windstreken, toen gij uw handel wildet uitbreiden. Wij stellen de herinnering aan het feit, dat de stad en de staat New-York gesticht worden door het Hollandsche volk, zeer hoog en wij verheugen ons over ieder bewijs, dat gij even trotsch zijt op ons als uwe nakomelingen, als wij op u als onze voorouders’.