Neerlandia. Jaargang 12

Van de Afdeelingen.

(Den Afd.-Secretarissen wordt dringend verzocht voor deze rubriek meer mededeelingen in te zenden).

Amsterdam (V.U.).

Als waarnemend secretaris dezer Afdeeling 's wegens het bedanken van den heer A. Winckel, opgetreden, de heer Jac. van Nes Cz., Bosboom Toussaintstraat 62.

[p. 231]

Amsterdam ‘Jong Nederland’.

Uit een schrijven van den heer J.W. te Winkel:

‘Onze algemeene vergadering in November is uitstekend afgeloopen. De heer H. Tersteeg, lid van het Afdeelingsbestuur Amsterdam van de Vereeniging Volksweerbaarheid, heeft daar gesproken over de maatschappelijke en de verdedigende weerkracht van ons land. Het was een bijzonder gezellig praatje over ons land en de eigenschappen van zeker soort inwoner (de kromloopende, pessimistische, materialistische kniezer). Natuurlijk wees spreker ook op het noodzakelijke ons vaderland te verdedigen, maar de hoofdzaak was toch er op aan te dringen zich naar geest en lichaam weerbaar te maken voor de taak, die ieder in de maatschappij heeft te vervullen, daar overal strijd is, geenszins alleen op het bloederige slagveld maar meer nog in het veel wreedere maatschappelijke leven.

‘Zooals u reeds van onzen penningmeester hebt vernomen, is er na de lezing een inzameling gehouden voor Curaçao, die f 6.02½ opbracht. Wij jongeren zijn niet in staat groote sommen naar uw adres of naar dat van den heer Van Lier te zenden, maar wat we kunnen geven zullen wij afstaan’.

Mogen de ouderen er ook zoo over denken. Red.

Eindhoven.

Het Bestuur dezer Afdeeling is thans samengesteld uit de heeren:

Dr. A.H.J.V.M. Desertine, Voorzitter.

P.P.J.A. van der Putt, Secretaris.

P. Raymakers, Penningmeester.

G.H. de Jong en Mr. H.J. Pastoors.

Haarlem ‘Jong Nederland’.

De heen J.W. Hilbrander Jr., 2e secretaris, schrijft o.m.:

De Haarlemsche Jongelieden-Afdeeling hield Woensdagavond 25 November haar tweede niet druk bezochte huishoudelijke vergadering.

We werden vereerd met het bezoek van den heer De Kanter, bestuurslid der Burger-Afdeeling, en de heeren Te Winkel en Rigterink, bestuursleden der Amsterdamsche Jongel eden-Afdeeling.

De hoofdschotel van den avond werd gevormd door een spreekbeurt van een onzer ijverige leden, den heer IJzerdraat, uitvinder van een middel om scherper en sneller tegen wind in te kunnen zeilen, en, het laatst van een vliegmachine; de heer IJzerdraat spreekt van vliegschip. Tot zijn teleurstelling heeft hij een zoo goed als afwijzend antwoord ontvangen op enkele verzoeken om steun.

Nu was het den heer IJ. hoofdzaak om in zijn rede te doen uitkomen, dat uitvindingen en dergelijken in ons land onvoldoende beschermd worden, er ontbreekt ons n.l. een patentwet, en daarom stelde spreker de vergadering voor een verzoekschrift, gesteund door het A.N.V., liefst onderteekend door talrijke vertegenwoordigers van Nederlandsche belanghebbenden, bij de regeering in te dienen.

Voorwaar een grootsch plan, dat echter niet bij iedereen instemming kon vinden, vooral toen de heer De Kanter door eenige welsprekende voorbeelden de nadeelen van het patentrecht in het licht stelde.

Desniettemin acht de heer IJ. zich niet ontmoedigd.

We kunnen den heer IJzerdraat niet genoeg dank brengen voor zijn loffelijk streven de eerste geweest te zijn om voor zijn medeleden een spreekbeurt te houden; moge hij navolging vinden!

Gedurende de pauze werd een tooneelclubje opgericht; veertien liefhebbers meldden zich aan. Verder werden als vertegenwoordiger der H.B.S. en 2e secretaris der vereeniging de heeren J. Kwast en J.W. Hilbrander Jr. voorgesteld en als zoodanig benoemd. De voorzitter sloot met een opwekkend woord de vergadering.