daar slechts twee personen bereid werden gevonden zitting te nemen.
Sommige leden zijn van oordeel, dat deze zaak niet op den weg van het Verbond ligt.
Besloten werd dat men zich in verbinding zal stellen met V.E.O., die reeds een onderzoek instelde in deze aangelegenheid.
Punt III. Verkiezing van leden voor de Commissie van Voorlichting.
De secretaris lichtte toe, dat dit voorstel een uitvloeisel was van een gelijken maatregel door 't Hoofdbestuur genomen om te komen tot verdeeling van bestuursarbeid.
Voorgesteld werden de heeren Mr. Jhr. H. Smissaert en Mr. A.B. Cohen Stuart. Een beslissing zal later volgen.
Punt IV. Afdeeling Stamverkeer.
Deze Afdeeling gevestigd te 's Gravenhage heeft den eersten zomer van haar bestaan reeds veel en nuttig werk verricht. Het is echter gewenscht dat haar verhouding tot de Groep wordt vastgelegd in een reglement.
Dit punt werd aangehouden tot het rapport dezer afdeeling zal zijn rondgezonden.
Punt V. Reglementswijziging.
Bij de groote uitbreiding die het Verbond ondergaat, wordt de wenschelijkheid gevoeld van een artikel in de reglementen, waarin de bevoegdheid voor het afvoeren van leden wordt omschreven.
Besloten werd de Alg. Verg. bepalingen daaromtrent voor te stellen.
Punt VI. Uitgave van een Vlaamsch reisboek.
De secretaris deelde mede, dat Vlaanderen de medewerking voor die uitgave gevraagd heeft van Noord-Nederland, waarvoor ze bestemd is. Groep Vlaanderen zal voor de medewerkers zorgen. Eenige der eerste jonge Vlaamsche letterkundigen o.a. Karel v.d. Woesteyne hebben zich bereid verklaard er gewestbeschrijvingen voor te leveren.
Besloten werd het oordeel der Afdeeling Stamverkeer te vragen.
Punt VII. Uitgave van het Boek over Nederland.
Van de commissie, verleden jaar daarvoor benoemd is eene mededeeling ingekomen, dat de onderhandelingen niet opschieten en wellicht een andere weg zal moeten worden ingeslagen.
Besloten werd het punt aan te houden.
Punt VIII. Stichting van Afdeelingen.
De secretaris deelde mede, dat er pogingen worden aangewend om te Harlingen, Schoonhoven en Gorinchem, na de zorgzame propaganda door den heer Post, Afdeelingen in het leven te roepen. Goede sprekers voor dat doel blijven gewenscht, te meer waar de voorzitter dezen winter niet beschikbaar is.
Dr. W. van Everdingen, de ijverige secretaris der Boeken-Commissie, verklaart zich bereid de stichtingsrede te houden ter plaatse waar men hem wenscht.
Punt IX. Aansluiting bij de Tucht-Unie.
Besloten wordt Groep Nederland lid te doen worden van de Tucht-Unie, die haar ontstaan hoofdzakelijk dankt aan de jarenlange bemoeiing van 't A.N.V.
Tot afgevaardigde voor de Tucht-Unie wordt benoemd de Groepssecretaris.
Ten slotte werd door enkele bestuursleden gevraagd of het A.N.V. zijn invloed niet zou willen aanwenden om de Maatschappij ‘Zeeland’ te bewegen haar drie booten alsnog in Nederland te doen bouwen.
Besloten werd dezen wensch aan het Hoofdbestuur over te brengen.
's Middags had een bijeenkomst plaats met afgevaardigden der Afdeelingsbesturen.
Vertegenwoordigd waren Amsterdam (Burg.-, Stud., V.U.- en Jongel. Afd.), Arnhem, Breda, Delft, Dordrecht, 's Gravenhage (Burg.- en Jongel. Afd.), Groningen, Haarlem, Kampen, Leiden (Burg. en Stud. Afd.), Rotterdam, Schiedam, Utrecht (Burg. Afd.) en Zaanstreek, benevens Mr. A.H. Brandt, Groepsbestuurder.
De opkomst was grooter dan de eerste maal in Juni, de dagorde belangrijker.
De goede verwachtingen toen gewekt zijn thans bevestigd en een inniger en vruchtbaarder samenwerking zal er ongetwijfeld het gevolg van zijn.
Besproken werden om middelen om van alle Afdeelingen afgevaardigden ter Alg. Verg. te zien verschijnen, om de belangen der B.-C. te dienen door het allerwege benoemen van sub-commissies, om den strijd tegen het noodeloos gebruik van vreemde woorden algemeen te maken zonder daarbij tot purisme over te gaan, omdat dit het Verbond schade doet. De beroepspropaganda werd in den breede besproken en een meerderheid verklaarde zich voor handhaving, mits er leiding aan gegeven blijve en het ledenwerven op waardige wijze geschiede.
Verzocht werd aan de Afdeelingsbestuurders den oproep om steun aan het noodlijdend Curaçao in eigen kring zoo krachtig mogelijk te steunen, zoo mogelijk door het vormen van plaatselijke comité's.
Een paar punten: de uitgave van een handig propaganda-geschriftje over het A.N.V., zijn streven en daden; bevordering der propaganda in de plaatselijke pers; de verbetering der uitgave van Neerlandia, konden niet meer in behandeling komen.
Het deed allen aanwezigen goed, dat de bijeenkomst nog werd geleid door onzen voorzitter, Dr. H. J Kiewiet de Jonge, die drie dagen later zijn reis naar Zuid-Afrika zou aanvaarden.
Bij monde van Prof. Te Winkel werd hem een hartelijk vaarwel en een tot weerziens toegeroepen, door Dr. Schepers bezegeld met een afscheidsvers, dat men bij het portret van onzen algem. voorzitter vindt afgedrukt.
De Secretaris,
C. VAN SON.