Jaarverslag uit Torreon, Coah. Mex.
Alhoewel er niets merkwaardigs voorgevallen is hier, van belang voor het A.N.V. wil ik mijn goeden wil toonen en mijn jaarverslag inzenden.
Torreon is eene stad slechts ongeveer 18 jaren oud, doch reeds van 40.000 tot 45.000 inwoners tellende en beschouwd als de meest belangrijke handelsstad van het Noorden van Mexico. Zij is gunstig gelegen aan een kruispunt van spoorwegen, 't welk de plaats zeer gezocht maakt voor het bouwen van fabrieken, waaronder die voor rubber en goedkoope confectiekleederen eene eerste plaats innemen. Voor eene jonge en betrekkelijk kleine stad telt Torreon vele handelshuizen, waarvan slechts enkelen rechtstreeks uit Europa invoeren, de meesten echter uit de Vereenigde Staten. De katoenbouw in de omstreken (Lagunadistrikt) is zeer belangrijk en een goed of slecht jaar voor den katoenoogst heeft zeer grooten invloed op het bloeien der handelshuizen in Torreon. 1907 was een bijzonder slecht jaar voor dezen oogst en had de verwachte uitwerking in verband met de algemeene slapte in zaken. De groothandelaars zijn volgestopt met waren, maanden te voren reeds gekocht, welke ze onmogelijk aan de kleinere zaken in de omliggende dorpen kunnen slijten, aangezien de arbeiders thans slechts 1 peso of minder per dag verdienen, waar hun dagloon vroeger 3 à 4 pesos bedroeg. De Indiaan hier is geen spaarzaam mensch, doch geeft uit, meestal op Zondag, wat hij gedurende werkdagen verdiend heeft, en een verschil van 2 à 3 pesos arbeidsloon per dag is middellijk een gevoelige slag voor de kooplui.
Over mijn werk als vertegenwoordiger kan ik met een paar woorden volstaan. Na twee maanden in deze stad vertoefd te hebben, gelovende mijzelf de eenige Nederlander, herkende ik een taalgenoot (Belg) in een mijner vrienden, welke toetrad als lid van het A.N.V. Ofschoon Zuid- en Noord-Nederland onmiddellijk een verbond sloten, is het resultaat nog steeds één Belg en één Hollander en de kansen op eene uitbreiding der Nederlandsche taal in Torreon zijn gering, alhoewel de Belgische zijde zich thans goed in het Nederlandsch kan onderhouden, 't welk niet het geval was vóór hij ‘ontdekt’ werd door het A.N.V. Eenige gezellige uurtjes doorgebracht met doortrekkende taalgenooten waren de oases voor onze taal hier. De weinige zeer verspreid wonende Nederlanders in het Noorden van Mexico zijn allen opgespoord en toegetreden als leden van het A.N.V. Gedurende 1907 was het mij een groot genoegen eenige brieven om inlichtingen te beantwoorden en ik stel mij verder gaarne ten dienste.
F. DINGLER,
Vertegenwoordiger A.N.V.