Het Ned. in de Wetenschap.
Uit een artikel van dr. H. Burger in het Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde:
Dat de omgang met de Vlaamsche natuuronderzoekers en geneeskundigen voor Noord-Nederland van groot nut moet zijn, dit staat bij mij onbetwistbaar vast. Tusschen den druk der groote volken, tusschen wereldtalen, die wij, zooal niet vlot kunnen spreken, toch in ieder geval gemakkelijk lezen en verstaan, komt onze nationale zelfstandigheid en onze taal maar al te vaak jammerlijk in de knel. Wat een mengelmoes spreken somwijlen zelfs hooggeleerden, wanneer zij de geneeskunde - voor hen een raslooze bastaard - hebben te onderwijzen; welk een droevig Nederlandsch laten onze geneeskundige schrijvers drukken, helaas niet bij uitzondering!
Onze redactie acht het sinds vele jaren haren plicht, ten opzichte van den inhoud van haar blad taalzuiverend op te treden, waar zij kan. Het is geen zeldzaamheid, dat wij, zonder eenigen tegenstand van den op dit punt gemeenlijk hoogst onverschilligen schrijver, uit één enkel stuk eenige honderde bastaarden en onnoodige kunsttermen door goede Nederlandsche woorden vervangen. Evenwel om licht te begrijpen redenen kan deze taalzuivering slechts zeer onvolledig geschieden en bieden ook wij, in onze kolommen, aan de lezers nog al te vaak ergerlijke taalkundige contrabande aan. Werkelijke verbetering kan slechts ontstaan, wanneer bij onze geneeskundigen zelf het gevoel voor den vorm ontwaakt. En daartoe kan de omgang met de op dit punt zeer wakkere Vlamingen veel bijdragen.
Een enkel voorbeeld: op het werk-programma der geneeskundige afdeeling van het Brugsche congres van 1906 stond een voordracht aangekondigd over: ‘Hetgeen de zieke gevoelt, wanneer men zijn ribbekas beklopt’. Deze ‘ribbekas’, bij ons in deftige taal ongewoon, moge ons even doen glimlachen, ik vraag met welke woorden zou deze zelfde voordracht wel zijn aangekondigd op het programma van een onzer Noord-Nederlandsche congressen? Het antwoord ligt voor de hand: ‘Subjectieve sensaties van den patiënt bij percussie van den thorax’! Over zaken van smaak is het nutteloos twisten; mijn voorkeur is gansch en al voor den Vlaming.