Ingezonden
Aan de Heeren Leden van het Hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond.
Wijziging aan de Algemeene Statuten.
Artikel IV der Algemeene Grondslagen stelt vast hoe het Nederlandsch taalgebied in 5 groepen wordt verdeeld. § 2 van dit artikel zegt letterlijk: ‘De Nederlanders, Vlamingen, Zuid-Afrikanen, Amerikanen en Indiërs in het buitenland gevestigd, kunnen zich naar verkiezing bij eene der bovengemelde groepen aansluiten.’
‘In het buitenland gevestigd’ dat is: buiten het land waaruit zij afkomstig zijn.
Artikel I der Grondslagen van groep B bevestigt art. IV der algem. statuten wanneer het hare werking uitstrekt over België en Fransch-Vlaanderen. Van hoogergemeld § 2 maakt het geen kond, doch het spreekt, dat dit onderverstaan blijft en natuurlijk eventueel toepasselijk is. Zoo dus een Vlaming wonende te Antwerpen, te Gent, te Brussel is lid van groep B; een Franschman-Vlaming die te Foerconje thuis hoort eveneens; een Hollander in een van al die steden wonende, behoort tot groepen B of A naar verkiezen.
Art. I van de Zuid-Nederlandsche statuten bepaalt dat: ‘de leden gevestigd in België en Fransch-Vlaanderen vormen de Zuid-Nederlandsche groep’, en artikel IV der algem. statuten hecht klaarblijkelijk veel meer waarde aan de verdeeling van het Nederlandsch taalgebied als grondgebied dan wel aan de verdeeling van de Nederlanders over de wereld gevestigd.
Uit al deze voorafgaande punten volgt:
1o. dat een Nederlander woonachtig in eene plaats gelegen in het groepgebied waar hij afkomstig uit is, tot die groep behoort (b.v. een Vlaming in Vlaanderen tot groep B, een Hollander in Holland tot groep A, etc.)
2o. dat een Nederlander woonachtig in eene plaats gelegen buiten de groep waar hij afkomstig uit is, naar zijn goedvinden mag toetreden tot de groep van de plaats waar hij woont, tot de groep waar hij afkomstig uit is, en zelfs tot eene der andere groepen (b.v. een Hollander te Antwerpen mag de Belgische groep (B), de Holl. groep (A) en zelfs de andere groepen (C, D en E) bijtreden; een Vlaming in Zuid-Afrika, de Zuid-Afrikaansche (C), de Belgische (B) en de andere groepen (A, D en E).
3o. en als natuurlijk gevolg van punt 2o. een Nederl. wonende in eene plaats niet tot eene groep Algem. Nederl. Verbond behoorende zich eveneens mag aansluiten bij de groep van de plaats waarvan hij afstamt, of tot eene der andere groepen (b.v. een Hollander te Lyon mag de Belgische groep (B) bijtreden of welke andere groep ook).
En wanneer men art. I van Zuid Nederl. Statuten nagaat en dat toepast niet in den letterlijken zin maar in den breeden geest, dan mag:
Een Vlaming, in Zuid-Nederland wonende, en die, volgens algem. en Zuid-Nederl. statuten, tot groep B behoort, kan ook tot eene andere groep overgaan, wanneer belang of welke redenen ook hem aanraden dit te doen, mits natuurlijk aan alle eischen den leden van dien hem nieuwen groep opgelegd, te voldoen.
Ondergeteekende dezes die enkele maanden geleden, wegens verschillende redenen, zijne overschrijving van groep B naar groep A had gevraagd en die schriftelijk van het Algemeen Secretariaat te Dordrecht had bekomen, heeft van Tak Brussel, tot welke hij behoorde, en daarna van het Bestuur groep B, protest hooren uitgaan, op grond dat hij, lid van het Algem. Ned. Verbond, in België gevestigd, Vlaming zijnde, verplicht was lid van groep B te blijven en onmogelijk tot welke andere groep, dus ook niet tot groep A, door hem verkozen, kon toetreden.
Hij stelt dan ook den Leden van het Hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond voor aan de Algemeene Statuten eene wijziging toe te brengen en § 2 van art. IV te vervangen door:
‘Het staat alle leden vrij tot eene andere groep dan die hunner woonplaats toe te treden mits daarvan kennis te geven aan het Algemeen Secretariaat, [en: aan het Secret. van de groep waarin zij hunne woonplaats hebben als aan het Secret. van de groep waarin zij wenschen te treden.]
Ondergeteekende meent dat die woorden aan eene noodzakelijkheid voldoen en eene ware leemte komen aanvullen; aanleiding tot veel toepassing zullen zij voorzeker niet geven; die wijziging kan niet dan ten goede der werking van het Algemeen Nederl. Verbond uitvallen.
Voorts meent hij terloops te moeten opmerken dat, mocht het statu-quo worden behouden, het den Zuid-Nederl. leden nog gemakkelijk valt, buiten alle statuten, tot eene andere groep dan die tot welke zij zoogezegd ‘dienen’ te behooren, over te gaan: het is voldoende dat zij domicilie nemen in eene plaats van de groep bij welke zij wenschen ingeschreven. Doch het schijnt hem in elk opzicht, met het oog op de toekomst, hoogst wenschelijk en eenvoudigst, dat de door hem hooger aangegeven wijziging worde voltrokken.
Laken, nabij Brussel, den 29 Maart 1901.
J.S. Willems.