West-Indië in de Nederlandsche Atlassen.
Het is bekend hoe men in Nederland over 't algemeen bitter weinig van de bezittingen en koloniën afweet.
De hoofdschuldige lijkt mij de school. Dáár, een van de beste kweekplaatsen van vaderlandsliefde, wordt deze veel te theorisch behandeld; aan practische vaderlandsliefde, d.i. kennis van het heele Rijk en inzicht nopens tegenwoordige toestanden, wordt te weinig gedacht.
Wat de kloeke voorouders deden leert men tot vervelens toe, ja de schimmen dier groote mannen belemmeren ons te zien wat wijzelf kunnen doen, opdat ook ons nageslacht met eerbied op den tijd waarin we leven zal terugzien.
De meesten, die de school - hetzij lagere of middelbare - verlaten, zijn zich niet bewust van de taak ons als Nederlanders opgelegd. Waarom? Omdat de kennis van wat we reeds zijn slechts flauw is doorgedrongen.
De jeugd staart zich blind op Nederland, het nooit genoeg geprezene, waarvan ze de ligging der vaarten tot een milimeter nauwkeurig weet, maar van de rest van 't Koninkrijk der Nederlanden kent zij al heel weinig. Inplaats van in de aardrijkskundeboeken moederland en kinderlanden nauw verbonden te behandelen, wordt de milimeternauwkeurigheid eerst uitgebreid tot de andere landen van Europa en de koloniën worden min of meer als bijzaak beschouwd.
Daarom is 't geen zeldzaamheid dat wie de school verlaat meer weet te vertellen van de klimatologische verhoudingen van Italië b.v. dan van de wijze van bestuur in Insulinde.
Hoeveel Nederlanders weten dat van de 39 voornaamste staten van de wereld, bij elken staat de koloniën inbegrepen. wij No 12 in grootte zijn?
Dat, wat betreft de bevolking, wij van de 39 staten No 10 zijn?
Ten slotte dat, wat aangaat de bevolkingsdichtheid, wij No 14 zijn?
Deze opgave ontleen ik aan een Engelschen atlas, die zich wel niet aan overdrijving zal hebben schuldig gemaakt.
Vooruitgegaan? Zeker, dat zijn we. Maar lang niet genoeg. Voor Oost-Indië geldt het al eenigszins:
‘Het daghet in den Oosten,’
maar van de West bij verre na niet.
Bestaan er schoolboeken met een vrij volledig overzicht van onze Amerikaansche koloniën?
Kijkt eens in den uitnemenden ‘Schoolatlas der geheele Aarde’ door Bos, die reeds den 13en verbeterden en vermeerderden druk beleefde.
Het moederland beslaat 8 heele bladen, Insulinde nog geen 3 ½ en onze West och arme! mag geeneens 1 blad het hare noemen. Op de kaart van Zuid-Amerika moet ze zich vergenoegen met het rechter-onderhoekje voor twee kaartjes van Suriname, dat niet eens ten voete uit is geteekend, en Curaçao. Bovendien belet het bezigen van twee verschillende schalen het vormen van een juist denkbeeld.
Waarom kan er niet één blad gegeven worden om er de West in haar geheel op te teekenen? Dan eerst zal de leerling inzicht krijgen omtrent aantal, grootte en onderlinge ligging der onderdeelen.
Met andere atlassen is het - voorzoover mijn herinnering strekt - niet beter gesteld; eerder slechter.
Komt, heeren atlassenmakers, bij den eerstvolgenden herdruk West-Indië wat minder stiefmoederlijk bedeeld en in de leerboeken, die ge mocht schrijven, voortaan de eereplaats gewijd aan het Rijk, aan het gansche Rijk der Nederlanden!
Bonto van Bylevelt.