Een goeden raad verstrekt door een franskiljonsch blad.
De Etoile Belge van Brussel is bekend om hare vijandigheid tegen al wat Vlaamsch is. Nu geeft ze evenwel aan den Minister van Openbaar onderwijs een raad, dien deze in zeer ernstige overweging zou mogen nemen.
Zooals men weet, bepaalt de wet van 1883 op het Middelbaar onderwijs, dat in Vlaamsche Athenaea en Middelbare Scholen de voertaal van het onderwijs in 't Nederlandsch, Duitsch en Engelsch, in Geschiedenis en Aardrijkskunde het Nederlandsch zal zijn; dat buitendien een ander vak, ter keuze van den Minister, in 't Nederlandsch zal onderwezen worden en dat voor de Wiskundige Wetenschappen, die voorts in 't Fransch onderwezen worden, de vakwoorden ook in 't Nederlandsch zullen gegeven worden.
Gezonde opvoedkunde eischt dat alle leervakken, door middel van de moedertaal van de leerlingen onderwezen worden, behalve vreemde talen, wanneer de leerlingen daarin eenmaal genoeg gevorderd zijn om onderwijs door middel van de vreemde taal zelf te genieten.
Ongelukkig zijn de ouders van schoolkinderen, die zelf een volkomen verfranscht onderwijs hebben genoten, geen opvoedkundigen en bij velen gaat het vooroordeel zoover, dat ze zich geen onderwijs kunnen denken, met het Nederlandsch tot voertaal, of dat onderwijs zou veel minder degelijk zijn. En dan de verfransching is zoo groot, dat die ouders, onoordeelkundig, in de eerste plaats denken, dat de school tot roeping heeft hun kinderen Fransch te leeren en niet, hun kinderen kennis aan te brengen in de verschillende vakken van het leerprogramma.
Franskiljonsche ouders, vooral ouders uit de hoogere standen, zijn allesbehalve ingënomen met onderwijs volgens de wet van 1883. Ze doen alles wat ze kunnen om de toepassing er van onmogelijk te maken. Waar ze daarin niet slagen, onttrekken ze hunne kinderen aan de officiëele gestichten om ze naar katholieke scholen te zenden, waar het hek aan den ouden stijl is blijven hangen en alles nog door middel van het Fransch onderwezen wordt. Dat is de oorzaak dat de wet, zooveel jaren nadat ze aangenomen werd, in vele scholen nog niet volkomen toegepast wordt.
Nu hebben we een katholieken Minister van Onderwijs, en als deze de hand wil houden aan de toepassing van de wet, beweren de franskiljonsche liberale bladen en in de eerste plaats natuurlijk de Etoile Belge, dat de Minister het alleen doet om de Staatsscholen te ontvolken, het Staatsonderwijs in den grond te horen ten voordeele van het katholiek onderwijs dat hem, als katholiek, nader aan 't hart ligt. Daarom wordt hij uitgescholden voor een misérable comédien.
De Etoile Belge wijst op den ellendigen toestand van het onderwijs in 't Nederlandsch in katholieke gestichten. Is de Minister daartegenover ontwapend, vraagt ze. Geenszins. En zij geeft hem het middel aan de hand om een einde aan dien toestand te maken: ‘Dat hij beslisse, dat niemand tot de Hoogescholen van 't land zal toegelaten worden, die niet 't bewijs leveren kan dat hij, benevens de andere vakken ook de Nederlandsche taal machtig is.
Wel dat zou werkelijk een afdoende maatregel zijn