Zuidafrikaansche Spoorwegen.
De Oranjevrijstaatsche Volksraad heeft besloten tot overneming op 1en Januari 1897 van den spoorweg Norvalspont-Vereeniging (Norvalspont aan de Kaapkolonische, Vereeniging aan de Transvaalsche grens) en Bethulie-Springfontein (Bethulie aan de Kaapkolonische grens, Springfontein aan den spoorw. Norvalspont-Vereeniging). Beide spoorwegen waren voorheen in handen van een Engelsche Maatschappij; zoodat de Vrijstaat op dit gebied, losraakt van Engelschen invloed.
***
Uit het verslag van de Nederl. Zuidafr. Spoorwegmaatschappij over 1895 blijkt dat de ontvangsten beliepen £ 1,555,000, de exploitatiekosten £ 668,000. Over den toenemenden bloei v. de Maatschappij kunnen de volgende cijfers laten oordeelen. In de 4 eerste maanden van 1895 brachten de Transvaalsche Spoorw. (693 kilom.), met de invoerrechten en de aan de Mij toebehoorende kolenmijn £ 359,340 op; in dezelfde vier maanden van 1896 bedroeg de som (met een spoorwegnet van 963 kilom.) £ 832,500.
In 1895 had men, na aftrekking van alle kosten, een bedrag overgehouden van £ 379,209. Slechts een tiende daarvan komt aan de Mij te goed. 't Overige wordt gebeurd door de Transvaalsche schatkist en £ 35,000 door de aandeelhouders, waaronder de Transvaal weeral de voornaamste is.
De Mij verhoogt met ingang 1 September het salaris van al hare beambten.
***
De ontvangsten van den Natalschen spoorweg over het eerste halfjaar 1896 waren £ 482,949 tegenover £ 190,158 over hetzelfde tijdperk van 1895.
***
Tusschen Krugersdorp en Johannesburg moet een dubbel spoor gelegd worden uit hoofde van het drukke verkeer.
***
De uitvoerende raad heeft het verslag bekrachtigd van de bijzondere Commissie belast met een onderzoek in de Selatispoorwegquaestie en heeft besloten ingevolge artikel 33 van de concessie, deze op te zeggen en over te gaan tot de naasting van de eigendommen van de Mij. De redenen van dit besluit zijn: 1o De Regeeringscommissaris werd niet voldoende geraadpleegd