Missen en gezangen(1781)–Anoniem Missen en gezangen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende 84 Al ler---zoetste nagt, wan-neer dat is ge--bo--ren al-len ons ge--luk, ons vreugd en on--ze wens, dat Kintie lang verwagt Mes-si-as uitver-kooren, wij gon-gen al ver--lo-ren, was hij niet ge-wor-den mens; } Ah! hier leit het Kind in't mid-den van de bees-ten, in een harde. krib, in een- en vui--len Stal, die boven word ge-dient van al des hemels geesten. zie hoe de al- ler meeste hier de minste word van al,} Zondaar, Schep nu moed, kom met een vast betrouwen bij dit Hemels Kind, dat naar uw komstverlangt, ei volt hem eens te voet, het zal u niet be--rouwen, wil met hem vriens chap houden die. u in ge-naad ontvangt;} want om onzen twil laat hij zijn paradijs, en heeft voor zijn palijs den aarmen Stal verkoren. hij leit hier op hooi, hij leit hier op Strooi, hij beeft van kouw, en weent van rouw, de hagel, en wind bestormen dit Kind, hier zijn maar Slegte doeken daar men hem in wind Vorige Volgende