| |
| |
| |
Kemp 1886-1967
Petrus Johannes Kemp
geb. 1 december 1886 te Maastricht, Nederland
overl. 21 juli 1967 te Maastricht, Nederland
15-VI-67
abr
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens I
1886 |
1 December: geboren in de Mariastraat 472 (thans nr. 15) te Maastricht als oudste van de twee zonen van Hubertus Kemp, gespecialiseerd molenkapper (die de maalstenen van de Maastrichtse meelmolens prepareerde en onderhield), en Maria Catharina van der Venne. |
|
1887 |
December: het gezin verhuist naar Rechtstraat 109 (thans nr. 79). |
|
1888 |
Maart: het gezin verhuist naar Mariastraat 473 (thans nr. 17). |
|
1890 |
Voorjaar: het gezin verhuist naar Poppelsdorf bij Bonn. |
|
Augustus: het gezin keert terug naar Maastricht en vestigt zich Rechtstraat 94. Hubert Kemp is van nu af drukker en decorateur in de keramische industrie. |
|
31 december: geboorte van Mathias Hubertus Kemp. |
|
1892 |
April: het gezin verhuist naar de Maastrichtse Smedenstraat 19. |
|
Juli: het gezin vestigt zich in Meerssen. |
|
Oktober: het gezin keert terug naar Maastricht en vestigt zich Rechtstraat 79. |
|
1893 |
Juni: het gezin verhuist naar Steenenwal 12. |
|
1897 |
December: het gezin verhuist naar Rechtstraat 13. |
|
1900 |
April: het gezin verhuist naar Rechtstraat 1. |
|
Pierre verlaat de lagere school en wordt plateelschilder op de Société Céramique. Zijn directe bazen, de ‘meesters’ Tilmans en Gidding, wijden hem in in de poëzie door hem vertrouwd te maken met, onder andere, oude Duitse volksliederen. |
|
1902 |
Mei: het gezin verhuist naar Steenenwal 15. |
|
Oktober: het gezin verhuist naar Mariastraat 11. |
|
1905 |
Laat zich inschrijven als leerling van de avondklas en van de, door Jhr. Robert Graafland |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens II
|
(1875-1940) geleide, zondagscursus van het Stadsteekeninstituut, gevestigd in een bovenzaal van de voormalige Augustijnenkerk. |
|
1906 |
Het gezin verhuist naar Lage Barakken 13. |
|
1908 |
Schrijft, onder invloed van zijn lectuur van, onder meer, Gezelle en Gorter, zijn eerste gedichten. Blijft daarnaast schilderen. |
|
1910 |
23 Maart: debuteert, in de rubriek ‘Verzen van Limburgers’, in het dagblad De Limburger Koerier met het gedicht ‘Klokken’, onder de schuilnaam Robert Ree. Dit pseudoniem is samengesteld uit de voornaam van zijn leermeester en uit de ‘ietwat gemaskeerde’ tweede noot van de toonladder. |
|
Hoofdredacteur Jacques van Term plaatst voor de tweede maal een reeks gedichten in De Limburger Koerier, waaronder een op 8 september 1910 geschreven ‘Wiegeliedje’. |
|
December: het gezin verhuist naar Lage Barakken 5. |
|
1911 |
Het ‘Wiegeliedje’, door Theodoor Senecaut getoonzet als ‘Nina, opus 8’ van Robert Ree, wordt afzonderlijk uitgegeven te Eindhoven bij Chr. Schäfer & Co. |
|
27 augustus: ‘Nina, opus 8’ wordt, buiten aanwezigheid van de dichter, door twintig zangkoren uitgevoerd als een verplicht nummer in de derde afdeling van een zangwedstrijd, uitgeschreven door Het Rozenknopje te Eindhoven. |
|
De Limburger Koerier plaatst dit jaar eenentwintig gedichten. |
|
1912 |
De Limburger Koerier plaatst dit jaar achttien gedichten. |
|
1913 |
Januari: Dietsche Warande en Belfort is het eerste literaire tijdschrift dat zijn gedichten openbaar maakt. |
|
28 februari: door tussenkomst van pater Jos. van Well S.J., rector van het retraitehuis |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens III
|
Manresa te Venlo, kan hij de keramische industrie voorgoed verlaten. Enkele industriëlen maken het hem mogelijk zich een jaar lang aan de schilderkunst te wijden. |
|
1914 |
Eerste dichtbundel verschijnt: Het wondere lied, met een inleiding door Jos. van Well en een inleidend gedicht van Felix Rutten. |
|
1915 |
Wordt, op aandringen van Jos. van Well, door Alphons Laudy, hoofdredacteur van het dagblad De Tijd, verbonden als journalist aan dit blad. |
|
Maart-december: te Amsterdam in pension bij de Broeders van Barmhartigheid van Sint Joannes de Deo, Keizersgracht 65-67. De letterkundige, pater Emile Fleerackers, brengt hem een solide kennis bij van de Franse grammatica en Kemps collega Matthijs Vermeulen brengt hem in contact met de muziek van de Franse impressionisten. |
|
1916 |
April: verblijft in de toren van het kasteel van Elsloo en vervolgt daar zijn in 1915 begonnen lyrisch epos ‘De tocht’, dat onvoltooid in portefeuille zal blijven. |
|
Vestigt zich weer in Maastricht, Lage Barakken 5, en wordt administratief employé bij de Société des Carbonages Réunis Laura et Vereeniging te Eygelshoven. |
|
Zijn broer Mathias debuteert met de bundel Het wijnroode uur. |
|
1917 |
Juni: verlaat nog eenmaal Limburg om in Haarlem de componist Hendrik Andriessen en in Den Haag de zangpedagoge Cornélie van Zanten te bezoeken. |
|
1918 |
11 Januari: trouwt met Hubertina Catharina Mommers, geboren op 22 december 1881 te Maastricht, en vestigt zich te Kerkrade. |
|
Oktober: keert voorgoed terug naar Maastricht en vestigt zich Corverstraat 6. |
|
29 oktober: geboorte van een zoon, Antonius Gerardus Hubertus. |
|
31 oktober: Willem Kloos weigert de gedichten, hem aangeboden ter publikatie in De Nieuwe Gids. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens IV
1919 |
Juni: verhuist naar Wycker Grachtstraat 10c. |
|
1920 |
20 maart: geboorte van een zoon, Josephus Hubertus Matheus. |
|
25 maart: treedt toe tot de Algemeene R.K. Kunstenaarsvereeniging. |
|
1923 |
31 Januari: geboorte van een zoon, Petrus Johannes Hubertus. |
|
1924 |
Maart: verhuist naar Sint Antoniuslaan 55b. |
|
20 december: overlijden van zijn moeder te Maastricht. |
|
1925 |
Chef van het loonbureau van de Société Laura et Vereeniging te Eygelshoven. |
|
Schrijft, getoonzet door F. Scheren, een ‘Feest-cantate opgedragen aan den hoogedelgestrengen heer Raymond Pierre, Directeur-generaal der Steenkoolmijnen “Laura en Vereeniging” en uitgevoerd door de zangvereeniging “Mijn Laura” ter gelegenheid van zijn 25-jarig ambtsjubileum’. |
|
1926 |
December: publiceert in Roeping een fragment uit de samen met Mathias Kemp geschreven roman De ci-devants van Birkemig. |
|
1927 |
Januari: publiceert in het tijdschrift Roeping een tweede fragment uit De ci-devants van Birkemig. |
|
April: verhuist naar Sint Maartenslaan 37. |
|
1928 |
Maart: voor de tweede maal weigert Willem Kloos een aantal gedichten, hem (ditmaal door tussenkomst van zijn mede-redacteur Frans Erens) aangeboden ter publikatie in De Nieuwe Gids. Het toneelspel Vastenavond wordt door Louis Saalborn geweigerd voor het Nieuw Nederlandsch Tooneel. |
|
1929 |
Beschouwt de publikatie van de voor hem zo karakteristieke korte gedichten in de vijfde jaargang van het tijdschrift De Gemeenschap als zijn tweede dichterlijk debuut. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens V
|
April: verhuist naar Turennestraat 21. Zegt zijn lidmaatschap van de Algemeene R.K. Kunstenaarsvereeniging op en treedt toe tot de Limburgsche Kunstkring. |
|
Juni: het toneelspel Vastenavond verschijnt in het juni- en julinummer van Roeping. |
|
November-december: is op de tentoonstelling van werkende leden van de Limburgsche Kunstkring met twaalf werken vertegenwoordigd. |
|
1935 |
Zegt het lidmaatschap van de Limburgsche Kunstkring op na met zijn schilderwerk de aandacht te hebben getrokken op tentoonstellingen te Maastricht (1930), Nijmegen (1933), Maastricht (1933), Den Haag (1934) en Maastricht (1934). Die laatste maal exposeert hij slechts één werk: De bekoring van de zesde Augustus 1934. |
|
1936 |
1 augustus: houdt definitief met schilderen op en legt dit aldus vast in het gedicht ‘Staking’: Ik weiger verder vermiljoen te strijken / met een penseel op een stuk doek. / Ik weiger verder cobalt te gebruiken, / omdat ik in de streken vrouwen zoek. / Voor haar nu ben ik tot niets meer bereid, / hoe het me ook om die mooie kleuren spijt. |
|
1938 |
21 Juni: wordt door S. Vestdijk schriftelijk gecomplimenteerd met de bundel Fugitieven en constanten. |
|
13 december: overlijden van zijn vader te Maastricht. |
|
1939 |
Januari: Ed. Hoornik wijdt in het tijdschrift Groot Nederland een opgetogen bespreking aan Fugitieven en constanten. |
|
1940 |
18 oktober: onder de titel ‘Spel en mystiek’ bespreekt S. Vestdijk zeer waarderend de bundel Transitieven en immobielen, in de Nieuwe Rotterdamsche Courant. |
|
1941 |
Voor de eerste maal wordt werk van hem opgenomen in de nieuwe, veertiende, druk van de bloemlezing Dichters van dezen tijd. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens VI
1945 |
Januari: vervroegd gepensioneerd als chef van het loonbureau van de Société Laura et Vereeniging te Eygelshoven. |
|
1946 |
28 september: begin van de stimulerende vriendschap met Jef Leunissen, op dat tijdstip al meer dan vijf jaren Kemps buurman. |
|
Oktober: in het tijdschrift Ad Interim verschijnt ‘Pacific’, zijn eerste grote gedicht (21 blz.). |
|
1947 |
Wordt benoemd tot lid van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. |
|
Mei: werkt, tot mei 1948, aan Requiem, een lang gedicht, door hem als typogram verspreid en dat postuum in druk zal verschijnen. |
|
1949 |
Verspreidt, rond Allerzielen, als typogram de in augustus geschreven (veertien) Etudes op het laatste thema van de mens. |
|
1953 |
Vult een door Adriaan Morriën samengestelde Bloemlezing uit zijn kleine liederen aan met de bundel Nog altijd meten zich begeerten met vaarwellen. |
|
September: schrijft, geïnspireerd door Ludwig von Beethovens ‘Wut um den verlorenen Groschen’ het grote gedicht ‘Woede over een aardbol zonder Kemp-land’, dat eerst in 1961 het licht zal zien. |
|
1954 |
1 november: toekenning van één der beide Poëzieprijzen-1954 van de Gemeente Amsterdam. Een gelijke prijs wordt toegekend aan Gerrit Achterberg. |
|
November: slaagt er eindelijk in het grote gedicht ‘De namiddag van een stille katholiek’ gepubliceerd te krijgen en wel in het tijdschrift Maatstaf. Pogingen dit gedicht geplaatst te krijgen in het tijdschrift Roeping, mislukten door het veto van de, aan het diocees Noord-Brabant onderhorige, censor. |
|
1955 |
Maart: in Maatstaf verschijnt nu ook de ‘Elegie om het verlies van Amaranth’, in 1961 herdrukt onder de oorspronkelijke titel ‘Elegie om het verlies van 10 kilo sex-appeal’. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens VII
|
April: publiceert in het tijdschrift De Gids een beschouwing, getiteld ‘Woord, kleur en inspiratie’, eerder en in een eerste versie verschenen in het Advertentieblad voor Limburg, 4 januari 1947. |
|
September: publiceert in het tijdschrift Maatstaf het lange gedicht ‘Tzigane’. |
|
9 november: de hem op deze datum door de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen verleende opdracht tot het schrijven van een gedicht over Rembrandt zal resulteren in ‘Het Rood van het Joodse Bruidje’. |
|
1956 |
November: door de Jan-Campertstichting te 's-Gravenhage wordt hem voor zijn gehele oeuvre de Constantijn-Huygensprijs toegekend. |
|
30 november: uitreiking van deze prijs buiten zijn aanwezigheid, al wordt wel zijn op de band vastgelegd dankwoord ten gehore gebracht. |
|
December: vrienden maken de verschijning mogelijk van de bundel De Engelse verfdoos, geïnspireerd op de zestig kleurschakeringen, in het Engels aangeduid, van een doos waterverftabletjes. Wordt benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau en krijgt te zijnen huize een Liber amicorum aangeboden waaraan negentig bewonderaars, zowel letterkundigen als beeldende kunstenaars, hebben meegewerkt. In het Maastrichtse Bonnefantenmuseum vindt een expositie plaats van onder meer veertig van zijn schilderijen. |
|
1959 |
Kampt in toenemende mate met zijn oogkwaal. |
|
26 mei: ontvangt te zijnen huize de Staatsprijs voor Letterkunde (P.C. Hooftprijs) 1958. |
|
September: wordt door de Gemeente Maastricht opgenomen in de rij van houders der stedelijke eremedaille. |
|
November: ontvangt de Culturele Prijs van de Provincie Limburg. |
|
1960 |
Maart: ondergaat een operatieve ingreep die zijn gezichtsvermogen tot midden 1966 ten goede komt. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Biografische gegevens VIII
1961 |
Juli: oprichting van de Pierre Kemp-Stichting, onder voorzitterschap van Fernand Lodewick. |
|
December: in samenwerking met het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum wijdt de Stichting aan leven en werk van Pierre Kemp een tentoonstelling, Nieuws van de zwarte man. Als zevende in de reeks Schrijvers Prentenboeken verschijnt een aan Pierre Kemp gewijd deel. Geheel aan hem gewijd is ook de decemberaflevering van het tijdschrift Roeping, op verzoek van de redactie samengesteld door Karel Reijnders en Harry G.M. Prick. Op 13 december brengt de Vlaamse televisie in de rubriek ‘Poëzie in 625 lijnen’ een portret van Pierre Kemp, gefilmd door Charles de Keuckeleire naar een scenario door Fred van Leeuwen. |
|
1962 |
Maart: de tentoonstelling Nieuws van de zwarte man vindt plaats in Nijmegen en vervolgens in het Belgische Tongeren. |
|
1963 |
Werkt aan een nieuwe bundel De verloren componist, die echter onvoltooid zal blijven en ook postuum niet het licht kon zien omdat een groot aantal op de tast geschreven gedichten zich niet bevredigend laten ontcijferen. |
|
1964 |
7 augustus: overlijden van zijn broer Mathias te Maastricht. |
|
1966 |
Juli: onder auspiciën van het gemeentebestuur van Brunssum exposeert De Galerie aldaar een dertigtal van zijn schilderijen uit het bezit van het Maastrichtse Bonnefantenmuseum. |
|
1967 |
Februari: wordt opgenomen in het ziekenhuis Sint Annadal. Op zijn ziekbed bevorderd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. |
|
13 juni: op het Filmfestival te Arnhem vindt de première plaats van Spelen in het donker, een aan Pierre Kemp gewijde film door Corinne du Mée-van Moorselaar. |
|
Overlijdt op 21 juli en wordt op 26 juli, na een Mis van Requiem in de Sint Martinuskerk te Wyck-Maastricht, begraven op het kerkhof Oostermaas. |
15-XII-80
hgmp
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Afzonderlijk verschenen werken I
1911 |
Pierre Kemp. Wiegeliedje. Muziek voor koor door F. Senecaut. H. Mosmans, 's-Hertogenbosch, 1911. |
G |
|
[Deze beschrijving berust op mededelingen van de dichter en niet op autopsie, daar geen enkel exemplaar van deze uitgave is teruggevonden]. |
|
|
1914 |
P. Kemp. Het wondere lied. [Met een Inleiding door J.v. Well S.J. en een inleidend gedicht Aan den zanger van Het wondere lied door Felix Rutten]. M. Gerrese, Heerlen, [1914], 96 blz., 13.5 × 20 cm. |
G |
|
1916 |
Pierre Kemp. De bruid der onbekende zee en andere gedichten. Maastrichtsche Boek- en Handelsdrukkerij, Maastricht, [1916], 112 blz., 14 × 21 cm. |
G |
|
1917 |
W. Maasburg [Pierre Kemp]. Een te wilde vogel. Naar het Duitsch [oorspronkelijke roman]. Uitgevers-Vennootschap ‘Futura’, Leiden, [1917], 146 blz., 13.5 × 19.5 cm. |
P |
|
1920 |
Pierre Kemp. Het wondere lied. [Met een inleidend gedicht Aan den zanger van het wondere lied door Felix Rutten]. Tweede druk. L.J. Veen, Amsterdam, [1920], 96 blz., 16 × 21 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Zuster Beatrijs. Fa. Leiter-Nypels, Maastricht, 1920, 64 blz., 13.5 × 20 cm. |
N |
|
1921 |
Pierre Kemp. L'histoire de l'enfant de dieu. [Tekstboekje]. Muziek van Hendrik Andriessen. [In het Frans vertaald]. [Met een toelichting door H.A.]. Gevolgd door L'an mil. Poème symphonique avec choeurs en 3 parties. Musique de Gabriel Pierné. Maatschij. tot Bevordering der Toonkunst, Haarlem, januari 1921, 16 blz., omslag meegeteld, 13.5 × 21.5 cm. |
N |
|
1923 |
Pierre Kemp. Tentoonstelling van oude volksprenten, De volks- en kinderprenten uit de negentiende eeuw. [Met een Inleiding door L. Ronner]. Amsterdamsche Grafische School, [Amsterdam, 1923], 12 blz., 10.5 × 13.5 cm. |
E |
15-II-60
gby
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Afzonderlijk verschenen werken II
1925 |
Pierre Kemp. Limburgs sagenboek. [Met een Ter inleiding door Pierre Kemp]. Gebrs. Van Aelst, Maastricht, 1925, Ter inleiding gedateerd 1915-1924, 280 blz., 16 × 25 cm. |
N |
|
1926 |
Pierre Kemp. Het paradijs der kinderen en andere legenden. Geillustreerd door Aug. van der Linde. Onze kleine-jeugd serie 1. N.V. de R.K. Boekcentrale, Amsterdam, [1926], 84 blz., 16 × 21.5 cm. |
N |
|
Pierre Kemp. De verdwenen vallei en andere legenden. Geillustreerd door Aug. van der Linde. Onze kleine-jeugd serie 4. N.V. de R.K. Boekcentrale, Amsterdam [1926], 88 blz., 16 × 22 cm. |
N |
|
1928 |
Pierre Kemp. Carmina Matrimonialia. Uitgeversmaatschappij ‘Veldeke’ (N.V. Schmitz en Kemp), Maastricht, [1928], 64 blz., oplage 200, 16.5 × 25 cm. |
G |
|
1934 |
Pierre Kemp. Stabielen en passanten. Publiciteitsbureau ‘Veldeke’, Maastricht, 1934, 64 blz., 15 × 21.5 cm. |
G |
|
1935 |
Twee bloemen van Limburg's bodem. Pierre Kemp. Zuster Beatrijs. Mr. H.J.L. Lamberts Hurrelbrinck. Bokken Tinus. [Tweede, gewijzigde druk van Zuster Beatrijs 1920]. Het Poirtersfonds, Eindhoven, 1935, 184 blz., 16 × 19.5 cm. |
P |
|
1938 |
Pierre Kemp. Fugitieven en constanten. Publiciteitsbureau ‘Veldeke’, Maastricht, 1938, 64 blz., 15 × 21.5 cm. |
G |
|
1940 |
Pierre Kemp. Transitieven en immobielen. Gedichten. Helikon, No. 3, Tiende jaargang, Maart 1940. A.A.M. Stols, Rijswijk (Z.-H.), 1940, 48 blz., oplage 300, 12.5 × 20.5 cm. |
G |
|
1946 |
Pierre Kemp. Standard-book of classic blacks. Helikon, Twaalfde jaargang, Mei 1946, No. 25. A.A.M. Stols, 's-Gravenhage, 1946, 48 blz., oplage 1.000, 13 × 20.5 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Pacific. [Met een Handschrift van Pierre Kemp, uit een brief over ‘Pacific’ |
|
15-II-60
gby
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Afzonderlijk verschenen werken III
|
voorin]. A.W. Bruna en Zoon, Utrecht, [1946], gedrukt in November 1946, 32 blz., oplage 300/50, 15.5 × 23 cm. |
G |
|
1948 |
Pierre Kemp. Phototropen en noctophilen. Helikon, Dertiende jaargang, Februari 1947, No. 34. A.A.M. Stols, 's-Gravenhage, 1947 [1948], 48 blz., oplage 1.000, 13 × 20.5 cm. |
G |
|
1949 |
Pierre Kemp. Forensen voor Cythère en andere gedichten. De Vrije Bladen, Jaargang 20, Schrift 4, Juli 1949. G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1949, 72 blz., 13 × 20.5 cm. |
G |
|
1953 |
Pierre Kemp. Een bloemlezing uit zijn kleine liederen. [Aangevuld met de bundel Nog altijd meten zich begeerten met vaarwellen]. Samengesteld door Adriaan Morriën. Band en omslag ontwerp van H. Salden. G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1953, 184 blz., 12.5 × 20.5 cm. |
G |
|
1956 |
Pierre Kemp. Engelse verfdoos. De boekverzorging was in handen van Dick Elffers. Bert Bakker, Daamen N.V., Den Haag, december[november] 1956, 70 blz., oplage 750, 13.5 × 23 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Maastricht en ik. Een polyptiek. Met een portret getekend door Prof. Hub. Levigne. Voor [de] bibliophielenclub ‘De Ster’ uitgegeven door Uitgeverij ‘Veldeke’, Maastricht, [november] 1956, 24 blz. + 1 blad met portret, oplage 500/300, 16.5 × 25 cm. |
G |
|
1957 |
Pierre Kemp. Maastrichtse suite voor Fernand Lodewick. Het titelvignet werd getekend door Eugène Laudy, het bandontwerp is van Diet Laudy-van Dullemen. Eerste boek van De Renildis Handpers, Utrecht, februari 1957, 24 blz., oplage 19/19, 22.5 × 31 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Franse les in een korenveld. [Tekst en illustraties getekend door] Jos Kipping. [Jos Kipping, Maastricht], mei-juni 1957, 6 [losse] bladen, 39.5 × 25 cm. |
G |
|
1958 |
Pierre Kemp. Droom in het Jekerdal. Het tweede boek van De Renildis Handpers, Utrecht, maart 1958, 24 blz., oplage 19/19, 20 × 29 cm. |
G |
15-II-60
gby
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Afzonderlijk verschenen werken IV
|
Pierre Kemp. Vijf families en één poederblauw. Het stofomslag werd vervaardigd door Nicolaas Wijnberg. G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1958, 120 blz., 12.5 × 20.5 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Bezoek. [Nieuwjaarskaart]. [Met een kopergravure door Jos Kipping]. [Jos Kipping, Maastricht, 1958], 2 blz., 14.5 × 21.5 cm. |
G |
|
1959 |
Pierre Kemp. Emeritaat. Ontwerp stofomslag van Th. de Haan. Uitgeverij A.A.M. Stols, 's-Gravenhage, [1959], 68 blz., 13 × 21 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Les deux statuettes. [Huwelijksaankondiging van Lily Maessen en Harry G.M. Prick]. [Harry G.M. Prick, Vaals], augustus 1959, 4 blz., geen omslag, oplage 350, 12 × 17.5 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Ballet de coeur. Proeve van een suite voor Lily Maessen en Harry G.M. Prick. Ernest van Aelst, Maastricht, september 1959, 16 blz., oplage 40/40, 16 × 21 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Garden, 36, 22, 36 inches. Het stofomslag werd vervaardigd door Nicolaas Wijnberg. G.A. van Oorschot, Amsterdam, November [december] 1959, 180 blz., 12.5 × 20 cm. |
G |
|
1960 |
Raad van alfabet. [Rijmprent]. [Litho door Daan Wildschut]. [Daan Wildschut, Maastricht, 1960], 2 blz., [oplage 7/7], 56 × 38 cm. |
G |
|
1961 |
Pierre Kemp. Au pays du tendre Mosan. Roepingreeks no 3. Uitgeversmij N.V. Standaardboekhandel, Amsterdam, juni 1961, 88 blz., 13 × 19 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Het paar. [Huwelijksaankondiging van Annemiek Rutten en Jos Kipping]. [Met een houtsnede door Jos Kipping]. [Jos Kipping, Maastricht], October 1961, 4 blz., geen omslag, 12 × 17 cm. |
G |
|
Pierre Kemp. Schets voor een Roodkapje. Uit de paleiscahiers van Pierre Kemp, deel I. De Renildis handpers, [Utrecht], december 1961, zomer 1961 getrokken op de handpers door Maurice Laudy, 32 blz., oplage 24, 16 × 18.5 cm. |
N |
15-XII-61
gby
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
| |
Aanvulling afzonderlijk verschenen werken IV
1960 |
Pierre Kemp. Les folies Maestrichtoises. A la manière de François Couperin dans ses ‘Les folies Françaises’ ou ‘Les dominos’. [Met dertien corresponderende pentekeningen en een tekening op het omslag door Willem Hofhuizen]. [Fernand Lodewick], Maastricht, 1960, gedrukt door Willem Veltman, Maastricht, in het najaar van 1960, 40 blz., oplage 135/35, 24.5 × 33 cm. |
G |
15-III-62
gby
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
| |
| |
Handschrift van Pierre Kemp op ware grootte. [Fluiten uit de bundel Standard-book of classic blacks].
15-III-62
Documentatiedienst: Nederlands Letterkundig Museum
Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven
|
|