Beelden uit een bisschopsstad
Als geestelijk centrum van de Noordelijke Nederlanden ontwikkelde Utrecht zich in de Middeleeuwen tot een vooraanstaand centrum van artistieke produktie. De beeldhouwkunst vormde hiervan een belangrijk onderdeel. Alleen al binnen de stad waren er tientallen kerken, kloosters en kapelletjes die voorzien werden van heiligenbeelden, gebeeldhouwde retabels, grafmonumenten. De bouw van de gotische Dom gaf de ontwikkeling van de beeldhouwkunst nog een extra impuls. Grote meesters als Adrian van Wesel (ca. 1417-ca. 1490) en Colijn Nole (actief in Utrecht tussen 1530 en 1558) waren in de stad werkzaam, maar vervulden ook opdrachten in andere gewesten. Hervorming en beeldenstorm maakten een einde aan deze bloeiperiode. Kerkinterieurs werden op grote schaal van hun beelden ontdaan. Het verbod op de uitoefening van de katholieke eredienst in Utrecht in 1580 maakte dit einde definitief.
Aan de hand van meer dan negentig stukken, alle afkomstig uit de eigen collectie, presenteert het Centraal Museum Utrecht een uniek overzicht van deze Utrechtse beeldenschat. Naast de genoemde grafstenen, heiligenbeelden en retabels worden ook andere typische Utrechtse produkten getoond zoals epitafen, votiefreliëfs, schoorsteenfriezen en in massaproduktie vervaardigde pijpaarden beeldjes en reliëfs. Veel van dit materiaal is gevonden bij opgravingen in de Utrechtse binnenstad. Nu het museum deze collectie recentelijk met hulp van restauratiedeskundigen voor tentoonstelling geschikt heeft gemaakt, kan deze voor het eerst in haar volle omvang aan het publiek worden getoond.