Maatstaf. Jaargang 9(1961-1962)– [tijdschrift] Maatstaf– Auteursrechtelijk beschermd Vorige [pagina 966] [p. 966] J.W. Schulte Nordholt In bad Het lichaam ligt in het bad zwaar en wit en gebroken, als het beeld van een god, dat eens als vaandel opgestoken stonden in de Griekse zon, magisch zegenend, stralend, b.v. bij Marathon, zege op zege behalend, en nu achterover in 't puin van de tempel ligt te kijken met grote ogen, dood. Zo weerloos en wit en bloot ligt het lichaam te prijken stil in de watertuin. [pagina 967] [p. 967] Schoonheid Zoals een boom, zoals de klank van een glas of in het steppegras een giraffe, zijn lange hals weidende tussen het blad, tastend met warme neus, zo is de keus der schoonheid, het liefste dat een mens heeft is meer dan hij zelf, is een licht tussen zijn ogen, een stem die hem verbijstert, zo zeer anders, is het gedicht, het voltooit hem. [pagina 968] [p. 968] Water Water, gelukkig water, dat het zonlicht raapt en de deining der sterren, waar de dood in slaapt, waarin de hemel de witte wolkeneieren legt, akkerland van de schipper, waar hij in ploegt en egt, water, engel languit liggend onder zijn wiek van blinkend licht, zee van geluid, muziek, gedicht. Vorige