[Nummer 48]
Van de redactie
De tiende jaargang van Liter is alweer bijna voorbij. In dit feestjaar hebben we u kennis laten maken met de poëzie van W.H. Auden (1907-1973). Zijn laatste gedichten ‘Thanksgiving’ en ‘Archeology’ kunt u in deze aflevering vinden, in een vertaling van Johan Snel. Maar allereerst is er aandacht voor de schrijver Heere Heeresma (1932), voor wie dit jaar eveneens een jubileumjaar was. Herman Ligtenberg eert hem in zijn artikel, terwijl Menno van der Beek maatwerk wijdt aan Heeresma's uitgegeven jeugdherinneringen.
Voor de liefhebbers van proza is er een beeldend verhaal van Teunis Bunt. Daarnaast is er veel aandacht voor poëzie in deze Liter. Naast gedichten van voor Liter bekende dichters als Menno van der Beek, Hilde Bosma, Mart van der Hiele en ook Frédéric Leroy, vindt u werk van Hedwig Selles en een eerste optreden van Erika Heijboer: zoals elk debuut een onherhaalbaar moment. Last but not least is er een gedichtencyclus opgenomen van Greetje Kruidhof, die eerder dit jaar in Liter debuteerde.
Hans Werkman besteedt in zijn briefrubriek aandacht aan de dichter Klaas Heeroma (1909-1972, beter bekend onder de naam Muus Jacobse), die na het overlijden van zijn tweejarig zoontje Anno een brief schreef aan zijn vriend Dingeman van der Stoep. Het verlies van zijn zoon heeft het werk van Heeroma gestempeld, gezien de vele gedichten - zeker vijfentwintig - waarin de dood van Anno ter sprake komt. Dezelfde Heeroma las altijd met veel genoegen brieven en gedichten van Niek Verhaagen (1915-1948). Teunis Bunt laat ons in zijn rubriek Onder het stof kennis maken met de poëzie van deze vergeten dichter, die kerk en geloof wist terug te brengen tot het alledaagse.
Dan is er beeldend werk van Christina de Vos, uit haar serie ‘Zonder zon’, gebaseerd op de roman Zonsopgangen boven zee van Jeroen Brouwers. We sluiten af met gevarieerd Maatwerk, waarin naast de genoemde autobiografie van Heeresma een essay- en een verhalenbundel worden besproken, een roman van Peter Hobbs, gedichten van Anton Ent, en een essay over Leviticus van Willem Barnard.
Marianne Dingemanse (eindredacteur ad interim)