dieboek voor HBO-opleidingen is ontstaan, en van de publicatiereeks Literatuur zonder leeftijd.
Maar ook binnen alle andere organisaties waar Verdaasdonk, vaak als voorzitter, een belangrijke rol heeft gespeeld, zorgde hij dat de kinder- en jeugdliteratuur de nodige aandacht kreeg. Binnen de VVL kwam door zijn bemiddeling van LIRA de nodige subsidie om de werkgroep jeugdboekenschrijvers de kans te geven een weekendsymposium in Baarn te organiseren. Dit symposium is inmiddels uitgegroeid tot een tweejaarlijkse traditie.
Ook werd in de belangenstrijd voor auteurs de bijzondere positie van de kinder- en jeugdboekenauteurs steeds naar voren gebracht, zowel binnen de vakbond VVL, bij het onderhandelen over het leenrecht als bij het Fonds voor de Letteren. Zelfs toen Hugo geen voorzitter van het Landelijk Platform Kinderen Jeugdliteratuur (en haar opvolger de Stichting ter Bevordering van de Studie van de Kinder- en Jeugdliteratuur) meer was, kon je hem altijd bellen (het liefst tussen half twaalf en twaalf uur 's avonds) voor advies (en bemiddeling naar bepaalde mensen toe).
Soms zou je het gewoon vergeten, maar Verdaasdonk was fulltime als hoogleraar Literatuursociologie (marketing en sociologie van het boek) verbonden aan de KUB (Katholieke Universiteit Brabant), later omgedoopt in Universiteit Tilburg. Hier heeft hij op de barricaden gestaan om de toen nog subfaculteit Letteren te redden bij bezuinigingsoperaties. Hij schakelde daarvoor zelfs zijn contacten binnen de Tweede Kamer in. Hij was de eerste hoogleraar die benoemd werd om de letterenstudie in Tilburg op te zetten. Vanaf het begin heeft de kinder- en jeugdliteratuur een belangrijke plaats binnen onderwijs en onderzoek gehad, en nog steeds is de Tilburgse Universiteit dé universiteit waar de kinderen jeugdliteratuur serieus bestudeerd wordt. Het is de enige universiteit waar een structurele leerstoel voor kinder- en jeugdliteratuur is. Hij was mede-initiatiefnemer van de jaarlijkse symposia, die nog steeds georganiseerd worden.
Over de invloed van Verdaasdonk op de literatuurwetenschap is veel geschreven. Hij had aanhangers, maar ook collega's die zijn invalshoek niet deelden. Hugo probeerde steeds de discussie aan te gaan met andere disciplines, ook al was dat niet altijd makkelijk.
Voor de kinder- en jeugdliteratuur is Verdaasdonk van groot belang geweest. Voor meer dan honderd procent heeft hij zich ingezet om de kinder- en jeugdliteratuur overal op de agenda te zetten als een volwaardig literair genre. Mij was altijd onduidelijk waar hij toch altijd weer de tijd vandaan wist te halen. Zijn enorme enthousiasme heeft veel mensen gestimuleerd. De wereld van het kinderboek moet nu een groot voorvechter voor het vakgebied en een groot vriend missen. We zullen nog vaak aan hem denken.