uren lang door Uw politie vastgehouden, men fotografeerde mij alsof ik een misdadiger was, nam mijn vingerafdrukken en noteerde mijn lengte. (Het eenige wat er aan ontbrak was gelukkig het wegen, anders was ik zeker te licht bevonden!)
De Hollandsche politie wenscht, dat ik in Holland niet meer zal spreken, ze wenscht verder, dat ik zoo spoedig mogelijk afreis. Natuurlijk staat zoo'n wensch gelijk met een bevel. Hierdoor is het mij helaas niet mogelijk voor U te spreken. Ik heb Uw bestuur een brief van ons Bondsbestuur gegeven, dat verschillende vragen en verzoeken tot U richt. Vol dankbaarheid kunnen wij in deze dagen, die voor het geheele proletariaat en alle intellectueel arbeiders zoo zwaar zijn, de solidariteit van onze Hollandsche vrienden tegenover onze kameraden, konstateeren.
Wij zullen deze daadwerkelijke bewijzen van de solidariteit onzer kameraden, niet vergeten. Wij hopen, dat gij ons in onzen zwaren strijd ook verder zult ondersteunen zoo het U dit mogelijk is. ...............
Uw kongres zal zich des te ernstiger met de vraag van het fascisme moeten bezig houden, omdat deze vraag ook in Uw land hoogst aktueel wordt. Des te meer is het van belang om, reeds thans, aan de hand van de Duitsche ervaringen, en meer speciaal naar aanleiding van dié ervaringen, welke men met de intellektueelen heeft opgedaan, dit probleem eens grondig te bestudeeren.
De intelligentia van Duitschland heeft zich t.o.v. het fascisme, gespleten. Hoe verder de ontwikkeling zich voortzette, des te meer spitsten de tegenstelling binnen de scheppende intelligentia zich toe, des te duidelijker bleek het, dat er geen neutrale literatuur of muziek, geen ónpolitieke medische wetenschap en geen luchtkasteelenarchitektuur bestaan kan. De sociale struktuur der intelligentia heeft ten gevolge, dat zij deze toespitsing naar de zijde der proletarische beweging eenerzijds, en anderzijds naar de fascistisch klein burgerlijke ‘redding’ der heerschappij van het bankkapitaal, duidelijk weerspiegelt
Even snel als een deel der intelligentia in de laatste jaren zich naar links oriënteerde, wendde de andere helft zich naar het fascisme.
Neem de Duitsche pers eens onder de loupe, bestudeer de Nazi-literatuur of wat daarvoor doorgaat; ge zult zien, dat er geen vertakking van de ideologische bovenbouw der maatschappij is te vinden, die niet met een eigen ‘theorie’ en ‘praktijk’ der ‘nationale vernieuwing’ voor den dag komt. Maar deze ‘vernieuwing’ is niets dan het moeras der kleinburgerlijkheid, de verstikkendste poel van alle tijden, het einde van iedere beweging voorwaarts, van elke nieuwe inhoud of vormgeving, daar geldt alles voor ‘marxistisch’, ‘bolsjewistisch’ of ‘joodsch’ wat de Duitsche kleinburger, die met zijn hersens nog in den 16en eeuw is blijven steken, voor een storing van zijn, toch reeds zoo geschokte, evenwicht aanziet.
Ja, het is noodzakelijk niet bij de uiterlijke vormen van het Duitsche fascisme te blijven stilstaan, maar in de eerste plaats eens het onderscheid tusschen de innerlijke struktuur van Italië en Duitschland te onderzoeken. Dat is voor U nog des te belangrijker, omdat gij in een buurland van het Hitlersche barbarendom leeft, omdat gij op tal van wijzen met de Duitsche kultuur zijt verbonden. De oekonomische krisis tast de geheele wereld aan, daarom zullen zijn geestelijke gevolgen ook geen enkel land voorbij gaan; daarom zal ongetwijfeld ons fascisme, deze bloedige poging om de sociale heerschappij van het bankkapitaal nog eens te redden door de regeering aan de kleine burgerij over te dragen; zijn geestelijke schaduw ver over de grenzen van ons land werpen, en, door de bijzondere beteekenis van Duitschland, van grooter invloed zijn dan destijds de verovering van de macht door Mussolini.
Buitengewoon belangrijk zijn in dit tijdperk de opgaven der werkende intelligentia.
Ziet steeds naar Duitschland: waar blijft Gerhart Hauptmann, wat doet Richard Strauss? Waarom zwijgen Liebermann en Thomas Mann en al die andere helden? Waar is ook slechts één fluisterwoord te hooren tegen deze duizendvoudige arbeidersmoord, tegen de schaamtelooze vervolging van de werkende joden?
Wie begrijpt dat het fascisme in Duitschland beteekent, de laatste barrière tegen een heerschappij der arbeiders, die houdt zich koest, zelfs dan wanneer hij voorloopig zelf behoort tot de offers van het fascisme, zooals mijnheer Thomas Mann, de nobelpreismatador der republiek van Weimar.
Wie echter beseft, dat iedere vooruitgang in onze maatschappij, ieder geestelijk leven, uitsluitend en alleen uit de rijen der arbeidersklasse komt en kan komen, die moet en zal zich onder onze vanen stellen, die zal plaats nemen in de rijen van socialisme en arbeidersbeweging, die moet en zal samen met de arbeiders zijn weg gaan. Ook Uw kongres zal deze dingen moeten overwegen. Het zal moeten onderzoeken, wat ei gebeuren moet, om in de rijen der Hollandsche intelligentie front te maken tegen het aanzwellende fascisme.
In den naam van onzen Bond, wier bestuurder Ludwig Renn in de gevangenis zit, wier lid Erich Baron in de vesting Spandan vermoord is, wier leden in Duitschland trouw