Liederen der orde van St. Peter, voor de loge De zon
(1781)–Anoniem Liederen der Orde van St. Peter, voor de loge De zon– Auteursrechtvrij
[pagina 34]
| |
[pagina 35]
| |
* * *
Wat luister rykdom geeft of pragt,
't Weldenken schenkt ons eedle naamen.
Gy Prinsen, die uw Staat min acht
Dan Deugden, die een' Vorst betaamen!
Komt hier, naardien gy waardig zyt } bis.
Dat ge ons tot Broeders word gewyd. }
* * *
Wie kan in zaaken van gewigt,
Als zyn Geheim elk blykt, gelukken?
Gy die het onze, alleen gestigt
Op Eendragt, u niet laat ontrukken,
Zyt, daar ge Peters Orde altyd } bis.
Verciert, tot Broeders ons gewyd. }
* * *
Gy, die gereed uw bystand bied
Aan Treurigen uit medelyden;
En, als uw' Naasten leed geschied,
U in uw heil niet kunt verblyden,
Hebt de eernaam dat gy waardig zyt } bis.
Dat ge ons tot Broeders zyt gewyd. }
* * *
Prophaanen! weg uit ons gezicht
Met Gierigaarts, die ons mishaagen!
Gy, die voor rykdom outers sticht
En daar in schept uw grootst behagen!
Van hier, naardien ge onwaardig zyt, &c. bis.
* * *
Verraêrs, die ons de handen drukt,
Als ons geluk uw' spyt doet blaaken,
En uwen Evenmensch verdrukt
Om hem ten val te doen geraaken!
Van hier, naardien ge onwaardig zyt, &c. bis.
* * *
Eer zy de Hoofden van den Staat!
Wy moeijen ons niet met hun zaaken.
Maar gy, die 's Lands geboôn versmaad,
Die niemand kan met reden laaken,
Van hier, naardien ge onwaardig zyt, &c. bis.
|
|