Liederen der orde van St. Peter, voor de loge De zon(1781)–Anoniem Liederen der Orde van St. Peter, voor de loge De zon– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] Eeregroet voor den Grootmeester. Als Febus uit zijn trans, In 't morgenbaarend oos____ten Het aardrijk met zijn' glans En koestrend licht komt troosten, Dan hoort men straks vol moeds Met zang en blijde klanken Hem, voor zijn zonnekoets 't Ver____ __lichte 't ver________lichte 't verlichte menschdom dan_______ken, [pagina 7] [p. 7] Choor. Fierement. Zo groeten u, daar ge in uwtoppunt staat, ô groote Zon van Peters heerlijk Or______de? De Broeders, die uw schitterend ge___laat Voor uwen troon al- toos tot eerbied por______de. [pagina 8] [p. 8] Gelyk voor ons gezicht De Zon by mindre lichten, Zo edel blinkt uw licht, Daar we onzen pligt verrichten. Die pligt, dien, ryk van eer, Geen Blinde kan bevatten, Is by Verlichten meer Dan kroonegoud te schatten. CHOOR. Dus offren u, die zo veel glanssen spreid, } De Broeders, die de Wet hier doet vergaêren, } bis. Den wierook van haar toegenegenheid, } ô Groote Zon! op dankbre hartältaaren. } [pagina 9] [p. 9] ô Zon, zo rein van gloed! Gun ons het vol genoegen By 't overtuigd gemoed Den besten wensch te voegen! Zo waarlyk moge uw licht Nooit lof of eere ontbeeren, Maar steeds voor ons gezicht In achtbaarheid vermeeren! CHOOR. Zorgt Broeders! dat ge u naar behooren kwyt } En wilt uw' wensch tot driewerf toe herhaalen. } bis. Zo zal gewis in weerwil van de Nyd } Deeze eedle Zon nog lang ons oog bestraalen. } Vorige Volgende