Het Liegend Konijn. Jaargang 9(2011)– [tijdschrift] Liegend Konijn, Het– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 161] [p. 161] Dit is een kuststad met een zee die een krijttekening eist Dit is een kuststad Maar we kijken niet naar de zee We zijn het water beu De romantiek, de zelfmoord en de woordspelingen Dus drinken we de cognac Van mijn grootmoeder die in slaap is gevallen Op haar onbegrijpelijke gedicht Over god gaat het niet meer Noch over de diaspora, nooit over taxidermie. Mijn moeder zegt dat we moeten dweilen Ze staat niet op Ze kraakt een noot en mijmert Mijn grootmoeder wordt wakker Uit een droom waarin ze zestien was Net verkracht door een messenwerper die Naar haar vader rook Dat was de geur van getemde beren en chorizo De geur van ziekenhuislasagne en verwaarloosde katten Ze schrapt een komma en een corpulente jongen Het gedicht wordt begrijpelijk. Ik dweil halfhartig Met mijn rug naar mijn moeder Kan ik de kuststad aan Mijn grootmoeder stuurt mij weg met een boodschappenlijstje In blokletters en alfabetisch is het overzichtelijk Ik versnipper het half dromerig. [pagina 162] [p. 162] Dit is de zee Je kan staren en geen zelfmoord plegen Je kan kijken en een kitscherige krijttekening maken Wanneer het regent weet ik het weer: Het was geen messenwerper Het was een scharenslijper Geen chorizo, geen getemde beren Het waren bloedworsten en per ongeluk geïmporteerde koala's. Vorige Volgende