Het Liegend Konijn. Jaargang 8



[pagina 117]
[Wat weten profeten van het nemen van baden] Ach, wat weten profeten, wat baten gebeden en tempels een vrouw die verliefd is? Want ondertussen vreet zich een vuur een weg door haar hart en heimelijk schrijnt een wond in haar lichaam. - Vergilius, Aeneis (vertaald door P. Schrijvers) Wat weten profeten van het nemen van baden, wat baten gebeden voor namen van schepen - vergaan in het vuur van de strijd die de zon met de zee slecht. Wat levert een beving een onderzeese beschaving als havens overheersend verdeeld zijn, als gebreken geheeld in dromen van ouden van dagen worden beschreven, beklijvend verlangen om als magma te stollen, onder water te drogen, hoogte te krijgen van wat aan den lijve ondervonden gestalte kan geven aan hemels. Hoe hardhandig een hoofd in de hel het woord boos weet te preken, een houthakker basten betast voordat hij ze omhakt. Hoe wij te midden van dit zijn, de pit van een vrucht die verboden en aanbeden het aanbod is van de gek die een wet van Perzen en Meden afvalt. Wat kan het ons schelen. Wie die in zijn val zijn vuisten nog balt en in paniek nog kan spreken, weet naast van wanten ook van noodzakelijk schreeuwen? Wat wij steeds vergeten: wie doodgaat, wordt niet meer beter.