Het Liegend Konijn. Jaargang 5

[p. 132]

[Wie van u heeft er nog nooit een lepel gekocht?]

Wie van u heeft er nog nooit een lepel gekocht?
Elke dag gebruikt u één of meer lepels.
1 oktober 1962
13 juni 1987
19 november 2006
Op de dagen dat u verliefd werd.
Op de dagen dat u leerde fietsen.
U eet ervan, u roert ermee,
u voert uw kind ermee.
U haalt de lepels uit een la.
U legt ze daar weer in.

Elke dag is er minstens één lepel die een rol speelt in uw leven.
Ik zeg niet dat dit belangrijk is - ik hecht geen belang, ik constateer.

Elke dag is er minstens één lepel die een rol speelt in uw leven.
Ik neem dan ook aan dat de meeste van jullie ooit of meer dan eens een lepel kochten.

Weet u dat nog?
Herinnert u zich de eerste lepel die u kocht?
Weet u waar het was en wanneer en hoeveel die lepel kostte?
Herinnert u zich afzonderlijke lepels?
En wat u de dagen droeg dat u ze kocht?
Theelepels tellen ook.

Heeft u uw eerste lepel nog?
Welke lepel bedoelt u daarmee?
Bedoelt u daarmee de eerste lepel waar u van at
of de eerste lepel die u zich herinnert?
Was de eerste lepel die u zich herinnert een lepel waar u van at?

[p. 133]

 

Weet u waar de eerste lepel die u zich herinnert

 

zich op dit moment bevindt?

 

En de eerste lepel waar u van at?

 

Is die nog van u?

 

En de tweede?

 

 

 

Wanneer houdt een lepel op van iemand te zijn?

 

Ik bedoel: stel je voor, je hebt een la vol lepels.

 

Als iemand een lepel uit die la mee zou nemen,

 

zou je het niet merken,

 

je zou de lepel niet missen,

 

maar niemand neemt een lepel mee

 

en op een dag breng je de lepels weg

 

naar een kringloopwinkel

 

of je brengt ze niet weg en je laat ze in die la

 

en je gaat zelf weg.

 

 

 

Van wie zijn die lepels dan?